
Deze post is geherblogd van onze Vlaamse zusterblog Kleutergewijs en is geschreven door Helena Taelman.
Blij dat ik eens iets over peuters mag schrijven, en dan nog over peuters die zich trager ontwikkelen en uit een lage SES-familie komen. Je hebt er waarschijnlijk ook in jouw peuterklas zitten. De aanleiding van dit blogbericht is een diepgaande studie van een speciaal klasje waarin dergelijke peuters extra gestimuleerd werden in hun ontwikkeling. Wanneer profiteerden deze peuters daar het meeste van?
Spitstechnologie om talige interactie in te schatten
Stel je voor. ’s Ochtends kregen alle peuters van de klas identiek hetzelfde T-shirtje aan. In enkele T-shirtjes zat een automatische taalmeter verborgen (de LENA). Gedurende een volledig schooljaar werd het taalgedrag van de peuters en hun leerkracht wekelijks in kaart gebracht met deze taalmeter, en uiteindelijk werd onderzocht hoe dit taalgedrag zich verhield tot de taalgroei van de peuters. Wat bleek uit deze studie?
Niet zozeer de hoeveelheid taalaanbod, maar wel het aantal gespreksbeurten beïnvloeden de taalontwikkeling
De peuters evolueerden niet sneller wanneer de leerkracht veel aan het woord was in hun bijzijn. Wel was het zo dat peuters sneller evolueerden wanneer ze meer betrokken waren in echte gesprekken tussen de peuter en de leerkracht met verschillende gespreksbeurten. Bovendien evolueerden ze ook sneller wanneer ze veel input kregen van andere peuters die in hun buurt aan het woord waren.
Mijn tip: Probeer bewust gesprekken op te bouwen, en engageer de peuters rondom jou als aandachtige luisteraars.
Laagtaalvaardige peuters nemen/krijgen minder taalgroeikansen
Peuters met een lage taalvaardigheid namen minder deel aan gesprekken met de leerkracht, volgens deze studie. Gelukkig werden de minder taalvaardige peuters niet voor eens en altijd in een hoekje gedrumd. Naarmate hun taalvaardigheid groeide, namen de gesprekken toe.
Ik zie het al zo voor mij: taalvaardige peuters knopen meer babbeltjes aan met de leerkracht, waar de leerkracht met plezier verder op borduurt. Ze geven vaker een antwoord in een kringgesprek, en krijgen vaak het woord van de leerkracht in een positieve opwaartse spiraal.
Mijn tip: De kans is reëel dat sommige peuters gedurende lange tijd nauwelijks of geen spreekkansen krijgen in een echt gesprek, zo blijkt ook uit Vlaams onderzoek van B. Peleman. In ieder geval is dit iets dat je als peuterleerkracht niet zomaar mag laten gebeuren. Bedenk dus strategieën om te communiceren met de laagtaalvaardige peuters: bijvoorbeeld bouw bewust speelmomentjes in voor hen met jou. Je zal uiteraard vragen op hun niveau moeten stellen, hun antwoorden herhalen, en uitbreiden en desnoods helemaal modelleren.
Gestructureerde activiteiten gaan samen met meer gesprekken
Je zou kunnen denken dat de meeste gesprekken gebeuren wanneer de peuters vrij aan het spelen zijn of tijdens verzorgingsmomenten. Volgens de analyse van de onderzoekers is dat echter niet het geval, maar gebeurt dit vooral tijdens eerder gestructureerde activiteiten zoals kringmomenten, voorlezen, en begeleid spel. Peuters horen in die situaties ook vaker andere peuters, en er is uiteraard ook meer input van de volwassenen.
Mijn tips:
- Laat de gestructureerde activiteiten zoals o.m. kringmomenten, voorlezen, en begeleid spel vooral niet vallen. En verbeter de gespreksmogelijkheden.
- Komt de klaspop op het toneel? Prikkel de peuters met humor, emoties, en avontuur, zaken die ze in het hier en nu zien gebeuren. Bedenk daarbij op voorhand al ervaringsvragen, doe-impulsen, kennisvragen, en denkvragen die de klaspop aan de peuters kan stellen. En maak er op het moment zelf echte gesprekjes van waarbij peuter en leerkracht meermaals op elkaar kunnen inspelen.
- Werk samen met je peutercollega’s aan het taliger maken van de routinemomenten, bijvoorbeeld met inspiratie uit het boekje Minimaal-maxitaal. Verzin een geheugensteuntje voor jezelf omdat die routines vaak erg druk zijn.
Bron:
De centrale foto werd gemaakt door ‘Airman st Class Ellora Remington | VIRIN: 120710-F-ZL760-023.JPG’ en is beschikbaar via het Public Domain.