
Wat heeft het onderwijs NU nodig?
Randvoorwaarden voor de verdieping van Onderwijs2032
Er wordt veel gepraat en geschreven over het onderwijs. Zaken als het lerarentekort en de problemen in het rekenonderwijs drukken ons met de neus op de feiten. Wat heeft het onderwijs nodig om de problemen de baas te worden en met vertrouwen toekomstgericht te zijn? ‘Ons Onderwijs2032’, ook wel het Rapport Schnabel genoemd, is een poging om het onderwijs aan te passen aan de eisen die de maatschappij in deze tijd stelt. Wij stellen vast dat een aantal belangrijke elementen nog aan het voorstel ontbreken.
Als individuele docenten met verschillende visies heeft ieder van ons zich actief met dat debat bemoeid. Voor buitenstaanders, en soms ook voor onszelf, leek het alsof onze individuele ideeën en oplossingen heel ver uit elkaar lagen. Er wordt dan snel geconcludeerd: ‘zoveel docenten, zoveel verschillende meningen, we moeten toch verder.’ Wij zijn bij elkaar gaan zitten en het bleek toch anders te zijn. We zijn het juist eens over wat praktisch en concreet moet veranderen om de problemen de baas te worden en toekomstgericht te zijn. Echter, deze concrete en praktische oplossingen missen we in het eindrapport Onderwijs2032.
Om die discussie goed te voeren, waarbij we er zeker van zijn dat iedereen weet waarover het gaat en dezelfde taal spreekt, moet aan een aantal randvoorwaarden worden voldaan. Het gevaar is anders groot dat een nieuw curriculum wordt ontwikkeld door enkele oncontroleerbare instituten (bijvoorbeeld SLO en Cito) en niet door degenen die het curriculum uiteindelijk moeten uitvoeren, namelijk de leraren zelf.
Twee dingen moeten dan ook NU dringend worden aangepakt, wil er überhaupt sprake zijn van ‘het uitwerken van een nieuw curriculum’ en ‘meer verplichte verdieping en verbreding.’ Grote ambities in abstracte termen zonder oog voor de noodzakelijke randvoorwaarden hebben in het verleden al genoeg tot grote problemen geleid, zoals genoemd in het parlementair onderzoek onderwijsvernieuwingen. We kunnen dat alleen doorbreken als de politiek werkelijk lessen trekt uit de aanbevelingen van deze ‘commissie Dijsselbloem’. De twee zaken die daadwerkelijk NU aangepakt moeten worden zijn tijd en autonomie. Wij willen dat de politiek nu even rust inlast en concrete maatregelen neemt die de beroepsgroep de tijd geeft te gaan werken aan vernieuwing.
Tijd
Het ontbreekt ons aan genoeg tijd. In het basisonderwijs worden wij geacht om alles voor te bereiden en te verwerken in amper één uur voor en één uur na schooltijd. In het voortgezet onderwijs krijgen we per les van 50 minuten ongeveer 15 minuten voorbereidingstijd en 15 minuten om op te sparen voor nakijktijd. In Nederland geven we per voltijdsbaan simpelweg 20% meer les dan het Europees gemiddelde.
De Tweede Kamer nam in juni 2016 een motie aan om het gemiddeld aantal lesuren per week met 20% terug te brengen tot het gemiddelde van Europa. Het is dus niet zo dat we dan in de voorhoede van Europa komen. Toch heeft de regering al gezegd dat het geld kost en dat dit geld er niet is. Beleidsmakers willen graag de onderwijsresultaten spiegelen aan voorbeeldlanden als Finland en Singapore. Maar daar is het aantal lessen per voltijdsbaan fors minder dan het Europees gemiddelde. Onderwijs2032 gaat er vanuit dat het onderwijs beter wordt van vernieuwing. Het is een utopische visie dat we nog meer kunnen doen. Docenten hebben nu al fors te weinig tijd.
Autonomie
In Nederland is er een grote bestuurslaag in het onderwijs: het ministerie, de inspectie, sectorraden, besturen en een woud aan adviserende en beleidsbepalende stichtingen. Deze bestuurslaag overstelpt ons in ons dagelijks werk met opgelegde bestuurlijke ‘onderwijsvisies’. Visies, geschreven door mensen die heel ver af staan van de werkvloer en menen het onderwijs te verbeteren door ons die visies op te leggen. Ze zeggen ons niet alleen wat we moeten doen maar vooral ook hoe. Als het niet het gewenste resultaat gaf, dan lag het aan de docent die het niet goed uitvoerde. Ook in de rekendiscussie is dat het geijkte antwoord om de vernieuwing door te zetten terwijl die averechts werkt. Behalve dat het niet productief is, kost het ook handenvol geld. Er is de afgelopen jaren een enorme kloof ontstaan tussen hoeveel geld we per leerling per jaar aan onderwijs uitgeven en hoeveel daarvan op de werkvloer terechtkomt.
Autonomie is het tweede verschil met de landen waaraan onze beleidsmakers zich zo graag spiegelen. Geef de beroepsgroep van docenten de professionele ruimte. Het is een onjuiste gedachte dat een grote bestuurlijke ‘kleilaag’ nodig is als controlemechanisme om het onderwijsniveau te bewaken. In de thuiszorg heeft Buurtzorg bewezen dat autonomie op de werkvloer werkt. Ook in het onderwijs is die omslag nodig. Daarvoor is collectieve autonomie nodig: autonomie voor de beroepsgroep zodat we kunnen samenwerken, binnen en buiten school, aan beter onderwijs. Een uitwerking hiervan is te vinden in ‘Het Alternatief’.
Autonomie maakt het onderwijs beter en het beroep van leraar weer aantrekkelijk. Als leraren centraal staan en de professionele ruimte en het vertrouwen krijgen, kunnen we ons werk doen volgens de maatstaven van de beroepsgroep. Ook de jaarlijks terugkerende perikelen rond de Centrale Examens laten zien dat de ruimte voor het ‘wat en hoe’ voor ons als beroepsgroep te beperkt is. Bij de rekentoets en bij de eindtoets van het basisonderwijs zien we vergelijkbare problemen. Daarbij staat de basisschooldocent onder druk door de toetsbatterij van het leerlingvolgsysteem.
Oproep
We zitten nu in de ‘verdiepingsfase’ van Onderwijs2032. Wij als docenten worden opgeroepen om aan te geven of Onderwijs2032 de juiste richting is en of we er invulling aan kunnen geven. Ons antwoord is helder: we missen de oplossingen van de werkelijke problemen van nu. Geef ons tijd en autonomie. Het heeft geen zin om te filosoferen over abstracties als ‘onderwijs dat leerlingen beter begeleidt in hun ontwikkeling tot volwassenen die vaardig, aardig en waardig zijn’ als de randvoorwaarden niet op orde zijn.
Daarom onze oproep aan de politiek: Zorg NU voor tijd en autonomie voor werkelijke verbetering van het onderwijs. Dat zal ons als beroepsgroep de noodzakelijke ruimte geven om verder te praten over vernieuwing.
Collega docenten: laat uw stem horen op bijeenkomsten van de Onderwijscoöperatie en onderschrijf deze oproep (adhesieverklaring).
De volledige lijst met ondertekenaars volgt helemaal onderaan.
Peter Althuizen, docent Klassieke Talen VO
Inge Braam, docent PO
Liesbeth Breek, docent Frans VO
Martin Bootsma, docent PO
Frans Droog, docent Biologie VO
Michelle van Dijk, docent Nederlands VO
Jelmer Evers, docent Geschiedenis VO
Steven Geurts, docent Biologie VO
Frans van Haandel, docent Wiskunde VO
Henk ter Haar, docent Nederlands VO
Ton van Haperen, docent Economie VO
Karin den Heijer, docent Wiskunde VO
Per-Ivar Kloen, docent biologie VO
Arnoud Kuijpers, docent Nederlands VO
Wera de Lange, docent Duits, Maatschappij VO
Arjan van der Meij, docent Natuurkunde VO
Bart Ongering, docent Engels VO
Thijs Roovers, docent PO
Jasper Rijpma, docent Geschiedenis VO
Mark van der Veen, docent PO
Dick van der Wateren, docent Natuurkunde VO
Marjolein Zwik, docent PO
_____________________
Ga naar adhesieformulier
Een korte versie van dit stuk verscheen in Trouw 17 september.
Je kunt deze verklaring printen: http://tinyurl.com/onderwijsprintbrief
Meer lezen
(Als je je wil informeren over o.a. collectieve autonomie en werkdruk.)
Saskia Adriaens, Vincent van Grinsven, Liesbeth van der Woud en Henk Westerik (2016). Werkdruk in het basisonderwijs. DUO Onderwijsonderzoek. Pdf
Bill Banning (2015). Leraren, wat boeit jullie? Theoretisch en empirisch onderzoek naar roeping binnen het professioneel zelfverstaan. Proefschrift. Tilburg University.
Gert Biesta (2015). Het prachtige risico van onderwijs. Culemborg: Uitgeverij Phronese.
Rob Boerman (2005). Professionele autonomie
in het onderwijs. VHZ, april 2005, 16-19. Pdf
Jelmer Evers en René Kneyber (Red.) (2015). Flip the System. Changing education from the ground up. New York: Routledge.
René Kneyber en Jelmer Evers (Red.) (2013). Het Alternatief: Weg met de afrekencultuur in het onderwijs! Uitgeverij Boom, Amsterdam.
René Kneyber en Jelmer Evers (Red.) (2015). Het Alternatief 2 – Het Alternatief 2 De ladder naar autonomie. Culemborg: Uitgeverij Phronese.
Fenna Vergeer (redactie) (2011). De onderwijsbubbel. Apeldoorn: Uitgeverij Maklu.
Deze mensen tekenden tot nu toe de oproep:
(Dank aan Willem Karssenberg voor de Google Sheets code voor de teller en de namenlijst.)
Wat belangrijk is, is continu blijven evalueren. Wat gaat er goed en wat kan er beter? Maar dat is tijdrovend…
[…] 17 september 2016 publiceerden 22 leerkrachten uit het PO en VO een brandbrief. In deze brief wordt gepleit voor meer tijd en autonomie voor de leerkracht. Ongeveer 2500 anderen betuigden hun steun. In ons eerdere blog, het debat rond autonomie, schreven […]
[…] 17 september 2016 publiceerden 22 leerkrachten uit het PO en VO een brandbrief. In deze brief wordt gepleit voor meer tijd en autonomie voor de leerkracht. Ongeveer 2500 anderen betuigden hun steun. In ons eerdere blog, het debat rond autonomie, schreven […]
[…] om naar overeenkomsten te zoeken, in plaats van verschillen. Er volgde een opiniestuk in Trouw, en ruim 2.000 steunbetuigingen voor een breed gedragen oproep voor tijd en autonomie. Helaas is vooralsnog het effect van deze […]
[…] Wat heeft het onderwijs NU nodig? […]
[…] hun emailadres daarvoor hebben opgegeven. Alle informatie vindt u op internet: De brandbrief, de blog waar u kunt reageren, de opiniebijdrage, het […]
Dit is op Manuela Bazen-Steenkamp herblogd.
[…] veel andere blogs een gezamenlijke oproep (Brandbrief) van po-, vo- en so-leraren aan de politiek (Wat het heeft het onderwijs NU nodig?) om de voorwaarden te scheppen die het leraren mogelijk maken zich bezig te houden met […]
Sta vierkant achter jullie initiatief!
Helemaal waar!
Ik schrijf hier ook nog maar even op dat ondertekenaars naar mijn mening op moeten passen dat ‘autonomie’ niet tot ongewenste effecten leidt, bijvoorbeeld verantwoordelijkheden van de overheid die over de schutting worden geworpen (zoals in de zorg gebeurd is, vaak met minder geld) en nadelen van autonomie, zoals Prof. v/d Werfhorst hier verwoordt: http://hermanvandewerfhorst.socsci.uva.nl/NTOR2015.pdf
Hoi Christiaan,
Dat is precies de neo-liberale ‘autonomie’ die de lumpsum bracht. Dat leverde minder geld voor de werkvloer en veel geld naar de kleilaag. Ik hoop dat je in onze brandbrief kunt lezen dat het er juist om gaat om verantwoordelijkheid te krijgen als beroepsgroep en niet over de schutting geworpen opdrachten uit te voeren.
Ik stel vast dat het begrip autonomie goed uitgelegd moet worden. Autonomie zoals gebruikt in de context van differentiatie en individuele leerlijnen zonder enige standaardisatie werkt sociale ongelijkheid in de hand betoogt Van De Werfhorst.
Daarnaast -dus geen tegenstelling- het begrip autonomie als de bestuurlijke “kleilagen” die het waarom, wat en het hoe vanuit een politiek-economische bedoeling willen sturen versus gebrek aan autonomie voor hoogopgeleide docenten die door bestuurlijke gremia als onbewust onbekwame onderwijsuitvoerders gezien worden en niet geacht worden verregaand mee te denken over dat hoe. Zie hiervoor ook het stuk van Johannes Visser https://decorrespondent.nl/4486/reconstructie-onderwijs2032-een-schoolvoorbeeld-van-schijninspraak/34665318270-d0a6db22
Hallo Patrick
Dat hebben wij ook vastgesteld. We komen snel net een paar stukken waarin we het begrip autonomie verder toelichten.
Kort alvast: professionele of collectieve autonomie houdt in onze opvatting in dat professionals als handelingsbekwame groep en als individu verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van hun werk. Zij spreken elkaar erop aan en richten hun werk zo in dat ze maximaal van elkaar kunnen leren.
[…] met de expertcoaches van Stichting LeerKracht vond om 8 uur plaats. Toen ik afgelopen weekend de oproep op sociale media las om docenten te steunen in hun roep om autonomie van de leraar en vervolgens ook de post van […]
[…] Bron: onderzoekonderwijs.net […]
Goed initiatief, Dick!
Vraag mijnerzijds: PO en VO docenten worden gevraagd. Geen docenten beroepsonderwijs noch hoger onderwijs? En waarom geen lerarenopleiders?
Patrick,
Het initiatief komt uit de groep PO/VO docenten. Omdat voor PO/VO NU de verdiepingsfase van Onderwijs2032 actueel is. Maar de inhoud spreek ook voor ander onderwijs, bijvoorbeeld in het mbo is de werkdruk absurd. En iedereen, ook lerarenopleiders, mag zijn steun uitspreken met het formulier. Vul even ‘anders’ in als plaats van ‘je school’.
Denk eens aan de klassengrootte bijvoorbeeld. Jantje en Pietje zijn allemaal welkom in de klas, maar hebben zo hun verschil in onderwijsbehoefte. Dit maakt het lastig voor de leerkracht als er ook nog eens 31 kinderen in de klas zitten. Wij willen hen allen evenveel aandacht geven, maar hebben maar twee ogen, twee armen en twee benen.
Dank jullie wel!
En vooral nu volhouden met ons allen.
Ben het helemaal eens met de roep om tijd en autonomie.
Wel eens gezien dat een huisarts geëvalueerde behandelplannen en nog 20 pagina’s moet invullen omdat hij een specialist in wil roepen? En dat dan beoordeeld wordt door een commissie van ‘experts’ in plaats van dat hij (of z’n eigen beroepsgroep) zelf professioneel genoeg gevonden wordt om dat zelf te kunnen
beoordelen?
Waarom accepteren wij dat dan wel?
Waarschijnlijk inderdaad omdat we in het basisonderwijs zo weinig tijd hebben om daar over na te denken…dan doen we het maar weer omdat we goed voor onze leerlingen willen zorgen…
Al die verschillende stichtingen, bemiddelingsbureaus, flexpool, invalpool en payroll kost veel te veel geld. Het is voor een normale leerkracht ook niet meer te begrijpen. Klassenverkleining vind ik essentieel. Doordat je meer aandacht hebt voor het individuele kind kun je de uiteindelijke lestijd verkorten.
Amen! Ik heb ook vooral behoefte aan VERTROUWEN in leerkrachten en teams. Een school wil denk ik graag een autonome organisatie zijn en de leraar zijn of haar ruimte geven om prioriteit te geven aan goed onderwijs. Het gehijg in de nek en de werkdruk door tijdtekort werken verlammend. Na 25 jaar juf zijn ben ik minder gaan werken omdat de balans totaal was verdwenen uit mijn leven. Ik lijd aan de toetscultuur die er is, doordat ik kinderen zie lijden. Ik droom van een schoolklas met max 20 kinderen waarmee ik tafels ga zoeken in een supermarkt, recepten ga… Lees verder »
Geen wonder dat jij en je po-collega’s nauwelijks toekomen aan meedenken over kwesties als we hier aan de orde stellen. Ik vroeg me al af waarom vier keer zoveel vo- als po-leraren de oproep ondertekenen.
Ondertussen https://m.facebook.com/story.php?story_fbid=1739514872976724&id=1707040452890833&_rdr
Meebeslissen over #onderwijs2032, aldus Annet Kil van de onderwijscooperatie.
Beste samensterkers,
Indruk waar Dick het hierboven heeft komt van selectieve leeslijst onder de oproep hier. Die leeslijst ontbreekt bij Steven.
Verwarring komt door zelfde oproep op meerdere sites.
Ik begrijp en waardeer jullie inspanningen, maar ondertussen pakt onderwijsdoop op een andere manier door. Neem daar duidelijk afstand van zou ik zeggen.
Vriendelijke groet,
Joost
Ik neem aan dat je Onderwijscoop bedoelt. Mijn zorg is niet zozeer de OC als wel het Ministerie dat zijn eigen weg voortzet. Ik vrees dat als we er niet bovenop blijven zitten, Cito en SLO of een andere, niet-democratisch controleerbare instantie opdracht krijgt een nieuw curriculum in elkaar te zetten. Dan zijn we verder van huis. Wat betreft die leeslijst. Zoek er niets achter. Het was bedoeld als service aan mensen die willen weten waar bijv het begrip ‘collectieve autonomie’ vandaan komt. Ik neem aan dat de lezers volwassen mensen zijn die zelf kunnen bepalen wat ze willen lezen… Lees verder »
Ik bedoelde inderdaad onderwijscoop Dick, doop was wel een grappig vertoetsing (je wil niet weten hoe vaak dit laatste zinnetje is gecorrigeerd bij het intoetsen). Helemaal eens met wat je schrijft over SLO en zo. Weg ermee. Mijn positie in de discussie is dat ik kijk naar vakinhoud (en ook vakoverstijgende aspecten) en me verre probeer te houden (lukt niet altijd) van didactiek en onderwijsvorm, want dat is aan leraren (thuis ook wel eens meningsverschil). Helaas hebben we in reken- en wiskundeland een dogmatische invulling van (geen) vakdidactiek en (geen) vakinhoud gezien. Als ik dan sterke meningen zie over de… Lees verder »
Het onderwijs heeft een nieuw besturingssysteem nodig. Laten we stoppen met updaten. Gelukkig durven sommige mensen een alternatief te installeren. Ik heb getracht binnen het besturingssysteem een school op te zetten. Helaas werkt dit heel moeilijk en heb je nog een hoop oude software draaien die de update bemoeilijkt laat staan een nieuwe laat installeren.
Wie durft een ander besturingssysteem te installeren? Democratische onderwijs, semler, Ecole 42, ik ben bewust onderwijs….
Als er iets te hacken valt ben ik er graag bij.
Corrigeer me maar, maar gezien de bijlagen hierboven lijkt dit inmiddels een andere kant op te gaan dan wat menig ondertekenaar voor ogen stond.
Mocht dat zo zijn, wat ik betwijfel, dan kan iedereen dat op deze en andere plekken laten horen
Er is wat verwarring bij ondergetekende. Er is ook https://stevengeurts.wordpress.com/2016/09/17/wat-heeft-het-onderwijs-nu-nodig/ waar deze indruk niet gewekt wordt, maar daar is nauwelijks discussie.
Ik zie geen verschil tussen beide teksten. Dus waar komt jouw indruk vandaan?
Wij hebben geen verborgen agenda. De groep initiatiefnemers is zeer divers, van redelijk positief kritisch over O2032 tot redelijk wantrouwig. Er is voldoende aanleiding voor ons allen om het proces met arbusogen te volgen, hoezeer ikzelf 2032 als een kans zie voor leraren om het initiatief te grijpen. Voldoende stof tot discussie, maar we zijn vooral op zoek naar wat ons bindt en dat is vooralsnog deze oproep.
Ik ben geen leraar en moet op een andere manier zij aan zij optrekken. Daarom heb ik in een amendement op het verkiezingsprogramma van D66 een tekst voorgesteld die de steun uitspreekt voor initiatief vanuit de beroepsgroep om aantoonbare invloed te vergroten op zowel curriculumontwikkeling als landelijke examineren. Amendement moet worden aangenomen op ‘t landelijk congres D66. D66-leraren … wees erbij en stem!
Dank je wel, Renske. Misschien kunnen meer mensen die politiek actief zijn je voorbeeld volgen en hun partij bestoken met vragen en amendementen
In 2007 werd ik door de cie. Dijsselbloem gehoord als klokkenluider Tweede Fase.
Een van de vragen die mij toen werd gesteld: ‘Waarom hebben de docenten zich niet verzet tegen de invoering van de Tweede Fase?’ Mijn antwoord was toen dat docenten erg gericht zijn op hun dagelijks werk in de klas en doorgaans erg dociel zijn.
Het doet mij deugt te merken dat de huidige generatie nog steeds hun werk in de klas centraal stelt, maar gelukkig minder dociel is. Succes met de actie!
Jan Jimkes, oud-conrector en wiskundeleraar
Beste Jan,
Dank voor je mooie woorden. Ook al zijn leraren tegenwoordig iets minder dociel dan in jouw tijd, er valt nog een wereld te winnen. Actueve leraren zijn op de meeste scholen nog steeds een kleine minderheid.
Groet
Dick
Dit is op Dick van der Wateren's Blog herblogden reageerde:
Leraren, laat je stem horen. Laat de regie over onderwjsvernieuwing niet over aan beleidsmakers, adviseurs en bestuurders die zelf niet voor de klas staan. In deze oprop vragen we aan de politiek ons de nodige tijd en autonomie te geven zodat we kunnen werken aan duurzaam en toekomstbestendig onderwijs.
Leraren, denk mee, ontwerp mee.
Dit is op onderwijs_2032 science check herblogd.
[…] 2016). Wat heeft het onderwijs NU nodig?Randvoorwaarden voor de verdieping van Onderwijs2032. adhesieverklaring [met direct al een twintigtal adhesieverklarigen, waaronder die van de opstellers van de […]
Beste initiatiefnemers,
Ik ben blij met jullie actie. Ik sta volledig achter jullie. Zelf werk ik in het PO als kleuterjuf en ben met de WSK al sinds 2012 met vele kleuterjuffen aan het strijden voor goed onderwijs aan de jongsten. Ik doe graag mee aan jullie initiatief maar ben geen goede schrijver. Mocht ik wat kunnen betekenen dan hoor ik het graag en zal in ieder geval mijn collega’s en de WSK van jullie initiatief op de hoogte stellen met nog meer steunbetuigingen in het vooruitzicht.
Dank voor je reactie, Lianne. Zou je een link naar WSK willen plaatsen?
Dag Dick, hierbij mijn reactie. Mooi dat er weer één front is van leraren over wat er zou moeten gebeuren. Misschien gaat dit nog wel de grootste winst van de verdiepingsfase worden. Ik hoop daarom dat jullie veel respons krijgen, vooral ook van leraren die zich niet op toch dunne twitterforum begeven, maar breder. Het gekke is dat het me ook een gevoel van onbehagen geeft en dat is het volgende: jullie zeggen dat er in het advies randvoorwaarden ontbreken en daarna noem je tijd en autonomie. Laten dat nou ook randvoorwaarden zijn die in het rapport staan! Ik wil… Lees verder »
Dank je wel, Annemiek Twee antwoorden op jouw onbehagen. Houd in gedachten dat dit voorjaar de discussies tussen leraren onderling allesbehalve eenheid uitstraalden. Die eenheid hebben we door deze actie enigszins gevonden. Naast de randvoorwaaren die we noemen is het een absolute vereiste dat wij als beroepsgroep eendrachtig optreden en niet met elkaar over straat rollen. Daarnaast ben ik er niet van overtuigd dat autonomie en tijd voor leraren om mee te denken, hoe mooi ook verwoord in O2032, in de praktijk een rol gaan spelen. Ik ben bang dat de mogelijkheid dat een nieuw curriculum buiten de invloed van… Lees verder »
Correctie: niet ten goede zal komen.
Los van mijn vorige reactie, ik denk dat het rapport Schnabel op geen enkele manier een basis kan zijn voor de invulling van een nieuw schoolcurriculum. Evenzo denk ik dat de huidige opzet van het lerarenregister de leraar of goed onderwijs ten goede zal komen. De onderwijscooperatie houdt zich sturend met beide kwesties bezig. Dat is ongewenst en ongepast.
Ik denk dat schoolcurricula zouden moeten worden ontwikkeld in samenwerking met inhoudelijke experts bij de vervolgopleidingen, in overleg met vakdidactici en leraren. Hoe het niet moet hebben we gezien bij rekenen en wiskunde. Beide vakken zijn inhoudelijk in handen gevallen van een sterk ideologisch groep die zich zelf reken-wiskunde experts noemt, maar op zijn best bestaat uit vakdidactici. De academische gemeenschap, maar ook de lerarengemeenschap heeft dit laten gebeuren, tot groot verdriet van de vakinhoudelijk sterke wiskundeleraar. Het is voor rekenen en wiskunde geen optie om een nieuw curriculum te laten ontwikkelen door leraren, met alle respect voor die leraren.… Lees verder »
Daar over verschillen we dan van mening. Laten we leren van de lessen van het wiskundecurriculum en dat soort rampen vermijden. Overigens zeggen we nergens dat leraren het curriculum alleen moeten ontwikkelen. Hoogstens dat ze daarbij de regie moeten hebben om te voorkomen dat vernieuwingen zonder ons en over ons worden worden ingevoerd. Met alle respect voor de vakdidactici, zij staan niet voor de klas en hoeven die vernieuwingen niet uit te voeren.
Beste Dick, Ik denk dat je de discussie op twitter moet blijven volgen en daar ook aan meedoen. Zie op twitter de reactie van een aantal wiskunde leraren over waar we dan nu van mening over verschillen omdat ik wellicht hierboven niet goed onderscheid heb gemaakt tussen inhoudelijke invulling en ontwikkelen van. Je opmerking over vakdidactici onderschrijf ik, hoewel er in Nederland ook wiskundevakdidactici zijn die gewoon voor de klas staan en wel inhoudelijk weten waar ze mee bezig zijn. Die werken echter niet bij SLO of het Freudenthal Instituut. Het probleem om op te lossen bij wiskunde is de… Lees verder »
Beste Joost Hierover zijn we het volkomen eens. Om te beginnen bij de basisschool zullen we moeten werken aan goed rekenonderwijs, waarbij kinderen weer begrip voor getallen krijgen en wat je ermee kunt doen. En dan niet door middel van lullige verhaaltjes, maar gewoon, lekker rekenen. Ik ben nog steeds verbijsterd als ik mijn leerlingen naar hun rekenmachine zie grijpen als ze 6×13 moeten uitrekenen of zo. Ik heb Wiskunde in je vingers, dat Frans me stuurde, nog niet uit, maar kan wel vaststellen dat het wiskundedocenten kan inspireren om een spannend curriculum te ontwerpen. Intussen vraag ik me wel… Lees verder »
Beste Dick, dit is een reactie op je duidelijke uitspraken in je laatste reactie, waarvoor dank. Wat Gerardo betreft, de vraag of iedereen wiskunde moet krijgen is wat mij betreft te beantwoorden met: niet per se tot en met het examen. Helaas bracht dat geen geld in het laatje bij de vrijgestelden van het Freudenthal Instituut en is nu na Wiskunde A ook nog eens een Wiskunde C ingevoerd. Leerzaam blijft ook wat Wiskunde A en C betreft de voordracht van Jan van der Craats op ons stafcolloquium, al weer enige tijd geleden: https://staff.science.uva.nl/j.vandecraats/VU13112012.pdf Zie in dit verband ook https://staff.science.uva.nl/j.vandecraats/Kanttekeningen_open_brief.pdf… Lees verder »
Als ik Gerardo goed begrijp bedoelt hij dat hij de stof van het eindexamen ook vanaf 16 jaar kan geven aan degenen die het nodig hebben. Wie er eerder aan toe is zou ook eerder moeten kunnen beginnen. Maar dat moet G zelf maar uitleggen. Wat mij betreft kunnen we nadenken over een minimumprogramma wiskunde voor alle kinderen, bijvoorbeeld om hen te leren niet alles wat aan cijfers over ons heen komt klakkeloos te vertrouwen. Daarover zullen wij onderwijsgevenden het onder elkaar eens moeten worden. Maar wat wij (ondertekenaars van deze oproep) in elk geval niet willen is dat dit… Lees verder »
Beste Dick
Ter aanvulling wijs ik op de http://www.wiskundebrief.nl, nummer 749, 18 september 2016. Het stukje over de aantallen geslaagden bij de diverse opleiding van wiskundeleraren. Drie kleurtjes. In alle redelijkheid kan alleen van rood wat verwacht worden m.b.t. invulling van de schoolcurricula.
Vriendelijke groet,
Joost
PS Dat er meer vakoverstijgend gekeken zou moeten worden naar wiskunde en de betavakken is een idee om te verkennen. De vraag is met wie. In ieder geval staan hier wat gedachten:
http://www.beteronderwijsnederland.nl/content/slo (zie ook de 8111 pagina).
Beste Dick, zo heb ik via thuisfront Gerardo ook begrepen. Interessante gedachte, maar dat is iets HEEL anders dan pas op 16-jarige leeftijd met wiskunde beginnen. Wat Gerardo voorstaat (als ik het goed begrepen heb): als die flauwekul van @hetCvTE dan toch moet, dan doen we dat wel vanaf 16 jaar en daarvoor iets dat wel met wiskunde te maken heeft.
Vriendelijke groet, Joost.
Ik hou je op de hoogte van de ervaringen bij ons op school. Ga ook eens navragen bij mijn collega’s leerkrachten. Maar daar is de motivatie om mee te praten/schrijven niet zo groot. Het zijn meer doeners. Ik zal wel regelmatig tweeten over ons wonderwijs: atpvanbergen of bloggen:alfredsspecials@wordpress.com.
Vriendelijke groet, Alfred van Bergen.
Hoi Dick, ik ben het helemaal eens met bovenstaande tekst. Ik vind dat het wel erg op het VO is geschreven, zie ook de ondertekenaars en je beperkt je tot de doelgroep leraren/docenten. Begrijp ik ook. Toch zijn er ook leidinggevenden, waar ik mij zelf ook onder mag rekenen, die al jaren bezig zijn met onderwijsvernieuwing. Ik,wij, doen het dan vanuit het perspectief het onderwijs afstemmen op de onderwijsbehoeften van de leerling. Ik kijk waarschijnlijk op deze concrete manier omdat onze doelgroep, leerlingen in de leeftijd van 4-13 jaar met ernstige gedragsproblemen, ons direct met de neus op de feiten… Lees verder »
Beste Alfred Dank voor je reactie. Dat het verhaal misschien een beetje vanuit het vo geschreven lijkt, heeft een oorzaak die tot Ons Onderwijs 2032 is terug te voeren. Het eindadvies was dat namelijk ook. Verder kan het er ook aan liggen dat leraren po zich minder roeren dan leraren vo. Onze kerngroep van zeven die dit stuk samen hebben geschreven bestaat ook uit 5 vo- en 2 po-docenten. Dat moet dringend veranderen. Onlangs is ook po-leerkracht Marjolein Zwik tot dit blogcollectief toegetreden en ik plaats regelmatig stukken van het blogcollectief Kleutergewijs. Ik ben dringend op zoek naar po-leraren met… Lees verder »
Hoi Dick.
Hoe werkt jullie kerngroep precies? Waar gaat het vanuit? Ik wil als leraar PO ook graag mijn steentje bijdragen, om in te gaan op je oproep.
Wat PO-interesse / deelname betreft: dat is over de hele linie te zien (lerarenbeurs, lerarenontwikkelfonds). Ik heb het idee dat leraren PO door de werkdruk en loyaliteit aan het werk al zoveel worden opgeslokt, dat zij er niet eens aan toe komen (tijd, motivatie) zich met zaken als dit bezig te houden… is mijn indruk. Gebeurt wel steeds meer. Maar de autonomie en zeker verbinding met beleidsmakers mag zeker groeien!
Groet,
Stefanie
Hallo Stefanie, Onze ‘kerngroep’ van 7 is heel informeel. Na een lange en niet altjd even aangename twitterdiscussie over Onderwijs2032 zijn er een paar stukken verschenen op mijn persoonlijke blog dickvanderwateren.nl. Naar aanleiding daarvan stelden we vast dat de verschillen van opvatting minder groot waren dan de overeenkomsten. We zijn eind augustus samen gaan eten en hebben de basis gelegd voor het stuk op deze en andere blogs en de ingezonden brief in Trouw. We vertegenwoordigen uitsluitend onszelf en denken heel verschillend over de mogelijkheden die ‘2032’ biedt, maar niet over de noodzakelijke randvoorwaarden om daar ver na te denken.… Lees verder »
Wat gaaf om dit te lezen!
Mijn voorstel:vervang ‘autonomie’ door ‘verbinding’. Er is geen enkele goede reden om mensen uit te sluiten en er zijn juist heel veel redenen om meer mensen te betrekken bij het voortdurend verbeteren van onderwijs en het nemen van beslissingen daarover.
Het een sluit het ander niet uit. We vragen collectieve autonomie voor onze beroepsgroep. Dat betekent dat de andere lagen in het onderwijssysteem, die nu hiërarchisch boven ons staan, een ondersteunende functie krijgen. Niemand wordt uitgesloten, maar de regie ligt bij degenen die het onderwijs in praktijk brengen.
Ik zou zeggen, vermijd `verbinding’ met de usual guru’s. Sir Ken willen we graag buiten het Nederlandse onderwijs houden.
Verder denk ik dat de tekst in Trouw een extra redactieslag heeft gehad die dit pamflet ook zou kunnen gebruiken. Zo suggereert het woordje “nog” in de laatste zin van de abstract dat het Rapport Schnabel nog te verbeteren valt. Dat is niet het geval. Voor verbetering is een basis nodig. Die basis wordt door Schnabel niet geboden. Verderop in het pamflet is dit wel duidelijk, maar niet in de abstract helaas.
Naast verbinden stel ik ontbinden voor. Ontbind de instanties die door @minOCW in het leven geroepen zijn om het onderwijs te sturen. Denk bijvoorbeeld aan Kennisnet en SLO. Maar ook aan de in de Boardroom van de CBEgroup geboren sectorraden. Achtergrond: http://www.beteronderwijsnederland.nl/sites/beteronderwijsnederland.nl/files/CBETimes.pdf