Door Paul Kirschner
Tik ‘leerstrategie’ in op Google en binnen 0,36 seconden heb je 107.000 treffers, bij ‘learning strategies’ zijn dat er maar liefst 3.520.000 in 0,42 seconden. Al 125 jaar bestuderen wij hoe mensen leren en hoe ons geheugen functioneert. Dat leverde veel ‘leermethoden’ op. Een paar zijn gebleven, velen zijn een zachte dood gestorven. En er zijn ook leerstrategieën die, al zijn ze lang geleden fout bevonden, toch overal in gebruik zijn. Een voorbeeld is het memoriseren (letterlijk uit je hoofd leren) van teksten. Het zou ons geheugen verbeteren: zo zouden we ook andere dingen beter onthouden. Alsof onze hersenen spieren zijn die getraind kunnen worden. En dat klopt dus helemaal niet, zo bewees William James – een van de grondleggers van de onderwijspsychologie – al in 1890. E.L. Thorndike kwam in 1901 tot dezelfde conclusie. Maar mooi dat sindsdien nog hele volksstammen teksten uit het hoofd hebben moeten leren en misschien nog steeds wel moeten.
Wat werkt dan wel? Dat antwoord vinden we in twee recente artikelen uit de gerenommeerde vakbladen Journal of Applied Research in Memory and Cognition en Psychological Science in the Public Interest. Hierin worden tien strategieën die redelijk goedkoop (in tijd en geld) zijn en bruikbaar in verschillende situaties, onder de loep genomen. Van deze tien bleken er vijf (redelijk) effectief en vijf niet.
De vijf strategieën die wel werken zijn (in volgorde van bewezen effectiviteit en efficiëntie):
1. Gedistribueerd oefenen: Verspreid het studeren over een langere periode in plaats van langdurig aaneen te blokken voor een tentamen. Het is zelfs zo dat langere pauzes (bijvoorbeeld een of meer dagen) tussen het oefenen beter zijn dan kortere. Door ‘vrijaf’ te nemen tussen de leersessies herinnert de leerling de voorgaande leersessie beter: het geheugenspoor wordt versterkt.
2. Oefentoetsen: Laat leerlingen oefenen met het terughalen van wat zij moeten leren. Zo houden zij die informatie beter paraat waardoor zij niet alleen beter in staat zijn om die informatie weer op te halen wanneer die nodig/gevraagd is, maar ook om die informatie te gebruiken/toe te passen in andere, vergelijkbare situaties (betere transfer).
3. Overlappend oefenen: Laat het bestuderen van en/of oefenen met een onderwerp overlappen met het bestuderen van/ oefenen met andere onderwerpen. Denk hier aan het leren berekenen van de inhoud van verschillende objecten zoals een kubus, een piramide, een cilinder en een bol. Bij overlappend oefenen leg je niet eerst de formule voor deze vier vormen afzonderlijk uit en ga je daarna oefenen, maar leg je de formules van alle vier uit, gevolgd door afwisselend oefenen. In Ten Steps to Complex Learning, het boek dat ik samen met Jeroen van Merriënboer schreef, noemen we dat oefenvariatie (variability of practice) en leggen precies uit hoe en waarom dit werkt.
4. Uitweidend bevragen: Daag een leerling (of jezelf) steeds uit om, bijvoorbeeld, aan te geven waarom iets dat hij leert het geval is. Deze strategie blijkt te werken omdat het de integratie van nieuwe informatie in bestaande schema’s – voorkennis – in het geheugen vergemakkelijkt (Piaget noemde dit assimilatie).
5. Zelf uitleg geven: Laat een leerling zichzelf bevragen en laat hem een proces of procedure aan zichzelf uitleggen. De vraag kan algemeen zijn – ‘Wat heeft wat je net las te maken met wat je al weet?’ – of inhoudsspecifiek ‘Waarom is de teller 4 en de noemer 9 in deze stap van de oplossing?’ Deze strategie lijkt op de vorige en de beredenering van de effecten is ook vergelijkbaar.
Vijf strategieën kwamen als slechtste uit de bus. Voor de eerste drie is geen enkel bewijs dat ze effectief dan wel efficiënt zouden zijn:
1. Verbeelden: Hierbij vraag je de leerling in zijn/haar hoofd te verbeelden wat er gelezen en/of geleerd moet worden. We kunnen spreken van een grensgeval. Het blijkt namelijk wel goed te kunnen werken, maar alleen met verbeeldingsvriendelijke (dus vaak concrete) leerstof. Bovendien werkt het wel voor het je kunnen herinneren, maar niet voor het kunnen toepassen van het geleerde.
2. Ezelsbruggen: Deze strategie wordt vaak gebruikt om de betekenis of vertaling van woorden of de terminologie van een vakgebied te leren: de lerende bedenkt een ‘sleutel’ in het ene woord en verbindt die aan het andere woord. Denk aan het moeten leren van de namen van verschillende tanden en kiezen in het Engels. Het woord dat geleerd moet worden is ‘molar’. De leerling moet denken aan / verbeelden van het ‘malen’ van iets (de functie van een molar), dit lijkt op molar en voilà, het wordt geleerd. Helaas lijkt (hoezo hier ‘lijkt’?)deze tijdrovende strategie niet echt effectief en zeker niet efficiënt.
3. Samenvatten: Hierbij wordt de leerling gevraagd om een tekst in het kort weer te geven, bijvoorbeeld de hoofdpunten of hoofdthema’s in een tekst op te schrijven. Hoewel het leren samenvatten een doel op zich kan zijn, blijkt er weinig bewijs te zijn dat het tot beter leren en toepassen van de leerstof leidt. Het werkt wel wanneer de lerende zeer vaardig is in het samenvatten (wat meestal niet het geval is bij kinderen).
En nu – houd u vast – de twee leerstrategieën die gewoon niet effectief zijn:
4. Highlighten en onderstrepen: Elke leraar kent teksten waarin de leerling van alles en nog wat heeft onderstreept tot en met bladzijden waarbij een regenboog aan kleurenhighlighters gebruikt is. Deze strategie doet weinig tot niets om leerprestaties te verhogen.
5. Herlezen: Dit is misschien wel de meest toegepaste en ook aanbevolen strategie om een tekst beter te leren en te begrijpen. Maar herlezen heeft bijna alleen een positief effect op het memoriseren van wat er in een tekst staat, maar niet op het begrijpen, laat staan op het toepassen daarvan.
Roediger en Pyc (2012) nemen in hun artikel ‘Inexpensive techniques to improve education’ deze top 5 en bespreken hoe de technieken gebaseerd op het cognitiefpsychologische onderzoek daarbij toegepast kunnen worden om het onderwijs te verbeteren. Hun artikel wordt gevolgd door commentaren van vijf vooraanstaande wetenschappers die zowel ondersteuning als enige voetangels en klemmen aan het licht brengen.
Wat als een paal boven water blijft staan, is dat goed onderzoek naar hoe men leert veel kan bijdragen aan het verbeteren van het onderwijs, van groep 1 tot en met de masteropleiding.
Ach, wat kan wetenschap leuk zijn!
Dunlosky, J., Rawson, K. A., Marsh, E. J., Nathan, N. J., & Willingham, D. T. (2013). Improving students’ learning with effective learning techniques: Promising directions from cognitive and educational psychology. Psychological Science in the Public Interest, 14(1), 4 58.
Roediger, H. L. III, & Pyc, M. A. (2012). Inexpensive techniques to improve education: Applying Cognitive Psychology to enhance educational practice. Journal of Applied Research in Memory and Cognition, 1, 242-248.
Van Merriënboer, J. J. G., & Kirschner, P. A. (2012). Ten steps to complex learning (Second edition). New York: Taylor & Francis.
Volg mij op Twitter @P_A_Kirschner
Een iets andere versie hiervan kan gevonden worden in Didactief (April 2013)

5 april 2013 


M.b.t. verbeelden.
Ik ken uit mijn omgeving juist veel voorbeelden van mensen die kennis verbeelden tot een imaginair beeld van een toepassing. Zodra dat beeld ‘kritisch bekeken’ is gaat men over tot realisatie.
LikeLike
Hallo Paul,
Prima stuk en heel bruikbaar voor de praktijk. Ik raad inmiddels mijn leerlingen aan jouw post te lezen, om ze te helpen effectiever te studeren.
LikeLike
Ja meneer ik heb het gelezen en zal dit zeker in de toekomst gebruiken ik zal de pagina opslaan zodat ik altijd even terug kan kijken hoe het werkt 😉 Tips van leraren zijn soms echt handig!
LikeLike
Goed idee, Romilda.
Voor alle duidelijkheid, Romilda is een van mijn leerlingen, die ik naar Paul zijn blog heb verwezen.
LikeLike
Bedankt!
LikeLike
Hm…. Onder Top 1 staat “Door ‘vrijaf’ te nemen tussen de leersessies herinnert de leerling de voorgaande leersessie beter: het geheugenspoor wordt versterkt.”
M.i. is dit niet erg verschillend met Flop 5: herlezen: (….) bijna alleen een positief effect op het memoriseren van wat er in een tekst staat,)). Onthouden en begrijpen zijn ook in Top 1 twee verschillende dingen, toch?
Buiten dat…. ik mis een kopje ‘Mindmap’. Hoe wordt daar over gedacht? N.a.v. van de genoemde tops en flops kan ik mij voorstellen dat deze in dit bericht bij de Flops genoemd zou worden (samenvatten, onderstrepen ofwel: de belangrijkste punten in een overzichtelijke mindmap zetten). Maar ja, hier en daar lees je dan juist weer dat het maken van een mindmap juist een geweldige leerstrategie zou zijn….
Groet,
Heidi
LikeLike
Is het niet zo dat in een onderzoek een grote groep mensen gemeten wordt? Vervolgens worden de uitslagen in percentages uitgedrukt. Het reguliere onderwijs is ingericht op de meeste leerlingen die de 5 tops goed kunnen gebruiken, het grootset percentage uit de tests. Misschien is het wel zo dat juist de 5 flops voor een bepaalde “kleine” groep wel degelijk werkt. Juist deze kleine groep heeft hulp nodig want zij passen niet bij de 5 tops methode, het reguliere onderwijs. De kleine groep leerlingen komt dan juist bij leerstijlen tests terecht en hebben wel degelijk iets aan de 5 flops? Zou dit niet een onderbouwing kunnen zijn van de uitslagen van deze wetenschappelijke onderzoeken?
Groeten,
Barbara
LikeLike
Hoe komt het toch dat we zo hardnek(!)kig vasthouden aan uit het hoofd leren? Wat levert het op dat dit nog niet een uitgedoofde leerstrategie is?
LikeLike
Simpel. Als je iets al weet (dus dat iets in jouw langetermijngeheugen zit) kost het je geen moeite om het terug te halen in je werkgeheugen wanneer je het nodig hebt. Als je niet weet dat 7X8 56 is of dat de hoofdstad van Frankrijk Parijs is, moet je elke keer dat je het nodig hebt opnieuw vermenigvuldigen of opzoeken wat meer cognitieve belasting kost, meer tijd en de kans op fouten vergroot. Kennis is de basis voor vaardigheid.
LikeLike