Recentelijk werd ik geïnterviewd voor Dyade Magazine. Onderstaande blogtekst is de weergave van het artikel.

De samenleving verandert in hoog tempo. Met de vele en vooral snelle (technologische) ontwikkelingen die zich in de huidige samenleving voltrekken, is het een logisch gevolg dat de verschillende sectoren, waaronder het onderwijs, hier ook mee te maken krijgen. Er zijn inmiddels al tal van rapporten geschreven over het onderwijs van de toekomst, zoals Onderwijs2032. De inhoud van deze rapporten is niet altijd even eenduidig, maar de strekking ervan grotendeels wel: het onderwijs moet meebewegen. Wat houdt dit ‘meebewegen’ precies in en wat houdt het onderwijs van de toekomst nou precies in? (Willem Jan Oosterveen, Manager Dyade Academy)

Een rapport wat hier op in gaat is Het voorbereiden van leerlingen op (nog) niet bestaande banen van prof. dr. Paul A. Kirschner. Dit rapport beschrijft wat er, volgens de mening van Paul Kirschner, moet gebeuren om de kinderen van nu ‘klaar’ te maken voor de toekomst, en meer specifiek, voor de arbeidsmarkt van later.

Volgens prof. dr. Paul A. Kirschner is het vertrekpunt dat uitgaat van het inspelen op bepaalde trends en/of ontwikkelingen om de toekomst van het onderwijs te bepalen verkeerd. Het tegenovergestelde is volgens hem juist veel belangrijker: waar wil je dat het onderwijs over bijvoorbeeld 10, 20 of 30 jaar is en wat is er vervolgens voor nodig om het onderwijs daar te laten komen? Wat moet er nu gebeuren om daar straks te geraken? Dit wordt ‘backcasting’ genoemd. Het hebben van een duidelijke visie en hier naartoe werken moet het uitgangspunt zijn. Als voorbeeld noemt Paul Kirschner het Finse onderwijs waarin ze de wens hadden om binnen een bepaalde tijd alle docenten minimaal een masters diploma te laten hebben. Dit werd als doel gesteld waarna men de tijd heeft genomen die er nodig was om dit doel daadwerkelijk te verwezenlijken.

Over het algemeen, en daarmee ook voor het onderwijs, is het naar zijn mening belangrijk om je niet te laten leiden door trends en/of ontwikkelingen (veelal hypes), maar juist door een duidelijke visie. Wat hieraan ten grondslag ligt is het feit dat als er achter bepaalde trends en/of ontwikkelingen wordt aangelopen en die trends en/of ontwikkelingen uiteindelijk een flop blijken te zijn, er veel tijd, energie en geld in is gestoken wat het onderwijs uiteindelijk niet vooruit heeft geholpen. Hierdoor stagneert uiteindelijk de ontwikkeling van het onderwijs, of erger nog, de ontwikkeling van het onderwijs gaat zelfs achteruit!

Paul Kirschner heeft een duidelijk mening als het gaat over de toekomst van het onderwijs. Hij zegt dat in het funderend onderwijs men de basiskennis en –vaardigheden moet verwerven die men nodig heeft om verder te kunnen leren en ontwikkelen en het werk, waar nodig, uit te voeren. Naar zijn mening verschilt dit echter niet zo veel van het onderwijs van vandaag de dag. De rol van technologische ontwikkelingen en vaardigheden kunnen hierin een bijdrage leveren, echter moeten de technologische ontwikkelingen en vaardigheden niet leidend, maar juist ondersteunend van aard zijn en afhankelijk van de situatie. Zo kunnen ze bepaalde werkzaamheden, in het onderwijs, enorm vereenvoudigen en/of versnellen, maar het gebruik van technologische ontwikkelingen en vaardigheden kan nooit het doel op zich zijn.

Belangrijk in zijn verhaal, wat uiteraard ook in zijn rapport ‘Het voorbereiden van leerlingen op (nog) niet bestaande banen’ naar voren komt, is dat iedereen die ‘klaar’ wil zijn voor de banen van de toekomst aan twee zogenoemde 21e-eeuwse vaardigheden moet voldoen:

  1. Informatiegeletterdheid: het kunnen zoeken, identificeren, evalueren (van de kwaliteit en betrouwbaarheid van bronnen) en effectief gebruiken van verkregen informatie;
  2. Informatiemanagement: het kunnen vastleggen, beheren en delen van verkregen informatie.

Naar zijn mening is dit de afgelopen decennia al een stuk belangrijker geworden en zal dit de aankomende decennia alleen nog maar in belangrijkheid toenemen. Dit heeft te maken met het feit dat informatie vroeger simpelweg uit de bibliotheek vergaard kon worden. Dit was, doordat het in de bibliotheek verkrijgbaar was en dus beheerd werd door een deskundige bibliothecaris, voorzien van een bepaald kwaliteitskenmerk en een bepaalde kwaliteitswaarborg. Tegenwoordig gaat deze vergelijking niet meer op. Door de enorme hoeveelheid aan informatie die, bijvoorbeeld via het internet, te vergaren is, heeft men redelijk wat voorkennis nodig om dit goed te kunnen beoordelen. Het veel genoemde argument dat men tegenwoordig geen basiskennis meer nodig heeft omdat het allemaal op internet te vinden is, is volgens Paul Kirschner niet waar. In tegendeel. Júist omdat alles op internet staat moet je een goede en gedegen basiskennis hebben, om alles wat op internet staat goed te kunnen beoordelen.

Het staat allemaal op internet, dus je hoeft het niet te weten. Het staat allemaal op internet, dus je moet het júist allemaal weten

Deze uitgangspositie, een goede en gedegen basiskennis en –vaardigheden voor iedereen, is dan ook precies wat volgens Paul Kirschner het onderwijs van de toekomst kenmerkt en waar het huidige onderwijs in tekort schiet. De huidige manier van lesgeven is volgens hem niet het probleem, alleen wel de manier waarop hier invulling aan wordt gegeven. Volgens het huidige systeem staat er namelijk een deskundig iemand met ruim voldoende domeinkennis voor de klas die een goed ‘instructional designer’ (lees: iemand die een ander goed kan leren leren) is. Beide zijn nodig om van iemand een goede docent te maken. Met het systeem is niet veel mis en behoeft om die reden dan ook niet veel verandering, aldus Paul Kirschner. Maar wat moet er dan wel gebeuren?

Paul Kirschner heeft zijn vraagtekens bij het feit of de docenten in het huidige systeem de vereiste domeinkennis bezitten die er van hen wordt verwacht en misschien ook wel van hen wordt verlangd. De kwaliteit van het onderwijs is zorgwekkend en kan alleen omhoog als de kwaliteit van de docenten wordt verhoogd. Op korte termijn is het bijscholen van docenten om tot de gewenste en benodigde domeinkennis te komen misschien een oplossing, maar voor de lange termijn niet. Dit kan op lange termijn alleen maar worden ondervangen door het leraarschap aantrekkelijker te maken. Niet alleen met geld, maar juist door maatschappelijk aanzien en betere groeikansen. Leraarschap moet niet het ‘afvalberoep’ van de Nederlandse maatschappij worden.

Leraarschap moet niet het ‘afvalberoep’ worden

Als onderbouwing van zijn visie op de toekomst van het onderwijs en het feit dat we nu, maar zeker in de toekomst, een goede en gedegen basiskennis en –vaardigheden nodig hebben, vergelijkt Paul Kirschner het onderwijs van ‘vroeger’, zeg circa 100 jaar geleden, met het onderwijs van nu. Vroeger waren de verandering naar zijn mening groter. Waar er vroeger bijvoorbeeld kaarsen voor licht en paard en wagen voor vervoer nodig waren, zijn er tegenwoordig spaarlampen en vliegtuigen voor deze doeleinden beschikbaar. Al deze technologische veranderingen zijn tot stand gekomen door een en hetzelfde onderwijssysteem! Het heeft intelligente, creatieve, probleemoplossende mensen geleverd die deze enorme vooruitgang mogelijk hebben gemaakt. Bovendien wordt de basiskennis en –vaardigheden om met de innovaties van de toekomst om te kunnen gaan steeds belangrijker en omvangrijker. Om deze reden zijn er naar zijn mening dan ook helemaal geen fundamentele wijzigingen en/of veranderingen nodig binnen het huidige systeem, maar dient men er wel een betere invulling aan te geven.

Hij vervolgt zijn verhaal met de opmerking dat hij geen futuroloog is en dus ook niet met zekerheid kan voorspellen hoe de toekomst (van het onderwijs) er uit zal zien. Of we bijvoorbeeld ooit ‘signularity’ (lees: het kunnen koppelen en synchroniseren van onze hersenen met computers) zullen bereiken weet Paul Kirschner dan ook niet. Wat hij wel weet is dat alles wat we tot op heden doen goed werkt, het heeft ons per slot van rekening gebracht tot op het punt waar we nu zijn. Alleen de snelle (technologische) ontwikkelingen leggen meer nadruk op het hebben van een goede en gedegen basiskennis en -vaardigheden. Dat wordt nóg belangrijker dan dat het al is.

Verandering gaan (in het onderwijs) over het algemeen redelijk geleidelijk. Een bepaalde basiskennis is en blijft hierin belangrijk volgens Paul Kirschner. Hierover zegt hij het volgende: “kennis veroudert niet snel, maar informatie vermeerdert wel snel. Om die informatie te kunnen beoordelen en gebruiken, heb je kennis nodig”, aldus Paul Kirschner.

“Kennis veroudert niet snel, maar informatie vermeerdert wel snel. Om die informatie te kunnen beoordelen en gebruiken, heb je kennis nodig

Paul Kirschner is onderwijspsycholoog en heeft zelf bepaalde ideeën voor wat er zou moeten gebeuren met het onderwijs van de toekomst. Ondanks dat hij geen politieke ambitie heeft, komt hij met een mooi vooruitzicht: een visie op waar (de kwaliteit van) het onderwijs zou moeten zijn over circa 20 jaar. Op basis hiervan kunnen de benodigde stappen worden uitgestippeld die noodzakelijk zijn om daar te komen. Belangrijk hierin is wel dat er in die periode van circa 20 jaar geen (politieke) interventie mag zijn zodat het proces in zijn geheel kan worden doorlopen zonder vroegtijdig te worden onderbroken. Ook hier is een verwijzing naar het Finse onderwijs op zijn plek, waar 20 jaar lang is geïnvesteerd in de professionalisering van docenten, met als resultaat dat het algehele niveau van het onderwijs, het imago en de leerlingopbrengsten omhoog zijn gegaan. Dit zou voor het Nederlandse onderwijs ook kunnen, zolang er maar een duidelijke visie op het onderwijsbeleid is en niet de hypes en/of trends als uitgangspunt worden genomen.

Een kritisch tegengeluid van een expert op het gebied van onderwijsinrichting die zich oprecht zorgen maakt over het Nederlandse onderwijs. Ingrijpen is nodig, en snel. Ook bij Dyade Academy spelen wij hier op in door programma’s te ontwikkelen, zowel voor de schoolleiders, bestuurders en voor docenten in het onderwijs, waarin we inspelen op het toekomstgerichte onderwijs en wat je hier als onderwijsprofessional zelf in kan betekenen. Het is allemaal zo slecht nog niet, het kan alleen nog wel veel beter!

Volg mij op Twitter – @P_A_Kirschner

1 1 vote
Article Rating
Abonneren
Abonneren op
guest

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

1 Reactie
nieuwste
oudste meest gestemd
Inline Feedbacks
View all comments

About Paul Kirschner

Nederlands: Prof. dr. Paul A. Kirschner, dr.h.c. is Universiteishoogleraar en hoogleraar Onderwijspsychologie aan de Open Universiteit. Hij is ook Visiting Professor Onderwijs met een leerstoel in Leren en Interactie in de Lerarenopleiding aan Oulu University (Finland) waar hij ook een Eredoctoraat heeft (doctor honoris causa). Hij is een internationaal erkende expert op zijn gebied en heeft zitting gehad in de Onderwijsraad in de periode 2000-2004 en is lid van de Wetenschappelijk Technische Raad van SURF. Hij is Fellow of the American Educational Research Association (AERA; NB de eerste Europeaan aan wie deze eer werd toegekend), de International Society of the Learning Sciences (ISLS) en van de Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Science of the Royal Dutch Academy of Sciences (NIAS-KNAW). Hij was President van de International Society for the Learning Sciences (ISLS) in de periode 2010-2011. Hij is Hoofdredacteur van de Journal of Computer Assisted Learning en Commissioning Editor van Computers in Human Behavior, en hij is auteur van Ten steps to complex learning (Routledge/Erlbaum). Hij schrift ook regelmatig voor Didactief (de kolom KirschnerKiest over wat docenten kunnen met wetenschappelijke resultaten). Hij is ook medeauteur van het boek Jongens zijn slimmer dan meisjes XL (EN: Urban Myths about Learning and Education). Hij wordt gezien als expert op veel gebieden en vooral computerondersteund samenwerkend leren (CSCL), het ontwerpen van innovatieve, elektronische leeromgevingen, mediagebruik in het onderwijs en het verwerven van complex cognitieve vaardigheden. English: Paul A. Kirschner (1951) is Distinguished University Professor and professor of Educational Psychology at the Open University of the Netherlands as well as Visiting Professor of Education with a special emphasis on Learning and Interaction in Teacher Education at the University of Oulu, Finland where he was also honoured with an Honorary Doctorate (doctor honoris causa). He was previously professor of Educational Psychology and Programme Director of the Fostering Effective, Efficient and Enjoyable Learning environments (FEEEL) programme at the Welten Institute, Research Centre for Learning, Teaching and Technology at the Open University of the Netherlands. He is an internationally recognised expert in the fields of educational psychology and instructional design. He is Research Fellow of the American Educational Research Association and the Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Science. He was President of the International Society for the Learning Sciences (ISLS) in 2010-2011, member of both the ISLS CSCL Board and the Executive Committee of the Society and he is an AERA Research Fellow (the first European to receive this honour). He is currently a member of the Scientific Technical Council of the Foundation for University Computing Facilities (SURF WTR) in the Netherlands and was a member of the Dutch Educational Council and, as such, was advisor to the Minister of Education (2000-2004). He is chief editor of the Journal of Computer Assisted Learning, commissioning editor of Computers in Human Behavior, and has published two very successful books: Ten Steps to Complex Learning (now in its third revised edition and translated/published in Korea and China) and Urban Legends about Learning and Education (also in Dutch, Swedish, and Chinese). He also co-edited two other books (Visualizing Argumentation and What we know about CSCL). His areas of expertise include interaction in learning, collaboration for learning (computer supported collaborative learning), and regulation of learning.

Category

onderwijs, onderzoek, praktijk

Tags

, , , ,