Een roos met een andere naam zou NIET zo lekker ruiken

Vanochtend vroeg koos ik om een deel van een teletekst bericht te Tweeten. Mijn Tweet kreeg snel veel bijval. Dat gezegd, ik verbaas mij wel dat er ook mensen zijn die aanstoot nemen aan deze tweet:

Eerst: Waarom heb ik deze Tweet geplaatst? Mijn simpele reden is dat – voor mij – deze twee ‘beroepsnamen’ kleinerend en zelfs denigrerend overkomen als wij het hebben over hooggekwalificeerde HBO afgestudeerden die een zeer belangrijk beroep uitoefenen. Ja, in het verleden was het normaal om deze leraren juffen (of zelfs juffie) en meesters te noemen, maar dit is geen reden om het te blijven doen. Het was in het verleden ook normaal om verpleegkundigen zusters en broeders te noemen maar hier zijn wij, zonder problemen, van afgestapt. Hetzelfde geldt voor de vroedvrouw die nu verloskundige heet. Buiten beroepsnamen was het in het niet al te verre verleden normaal om kleine mensen dwergen of lilliputters te noemen, mensen met een verstandelijke beperking of handicap idioten en later debielen te noemen (stond zelfs in de DSM) en dan heb ik het nog niet eens over normale, maar m.i. denigrerende en kleinerende namen voor mensen die bepaalde seksuele voorkeuren hebben, tot bepaalde bevolkingsgroepen (i.e., rassen) horen of uit bepaalde landen komen.

Vandaar dat ik Tweets als de vier hieronder  niet echt / echt niet begrijp.

of

of

of neem deze zeer beschaafde reactie (hmm, dat “huilie huilie” komt mij bekend voor…):

Het lijkt zelfs – gezien de laatste twee zeer nette en erudiete Tweets – dat mensen er ook emotioneel van worden en een soort onduidelijke angst hebben voor, ja, voor wat eigenlijk? Dit begint voor mij te lijken op de reacties van mensen over Zwarte Piet. Het is onze traditie; blijf er van af!

Beste mensen: Tijden veranderen en het blijven steken in wat wij “altijd deden” of wat wij “altijd zeiden” is geen reden om niet te veranderen. Respect tonen voor iemand wordt ook bepaald door hoe je iemand ziet en daarvan afgeleid, hoe je iemand noemt (eigenlijk is deze relatie wederkerig), Je toont weinig respect voor een vrouw als je haar een wijf noemt, als was het jaren gewoon voor een echtgenoot om zijn vrouw zo te noemen (en wat dacht je van ‘moeder de vrouw’!) en kwam de benoeming zelfs voor in de literatuur.

Laten wij klein beginnen met meer respect te tonen voor deze zeer belangrijke beroepsgroep door niet meer te spreken van meesters en juffen, maar van onderwijzers, leraren, of docenten.

Daarna kunnen wij aan het grote werk van het omhoog tillen van het aanzien (via salaris, maatschappelijke positie, doorgroeimogelijkheden, enzovoorts) van de leraar.

Paul A. Kirschner's avatar

Over Paul A. Kirschner

Nederlands: Paul A. Kirschner (1951) is Emeritus hoogleraar Onderwijspsychologie aan de Open Universiteit (Nederland), eredoctor (doctor honoris causa) aan Oulu University (Finland), Gastprofessor aan de Thomas More Hogeschool (België) en eigenaar van kirschner-ED. Hij was eerder Universiteitshoogleraar en hoogleraar Onderwijspsychologie aan de Open Universiteit, Visiting Professor Onderwijs met een leerstoel in Leren en Interactie in de Lerarenopleiding aan Oulu University, hoogleraar Onderwijswetenschappen aan de Universiteit Utrecht, hoogleraar Contact- en Afstandsonderwijs aan de Universiteit Maastricht en Visiting Professor aan de Open University of Catalonia (Spain). Hij is een internationaal erkende expert op zijn gebied met meer dan 350 wetenschappelijke publicaties. Hij heeft zitting gehad in de Onderwijsraad in de periode 2000-2004 en de Wetenschappelijk Technische Raad van SURF van 2009-2019. Hij is Fellow van de American Educational Research Association (NB de eerste Europeaan aan wie deze eer werd toegekend), de International Society of the Learning Sciences en de Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Science of the Royal Dutch Academy of Sciences (NIAS-KNAW). Hij was president van de International Society of the Learning Sciences in de periode 2010-2011. Hij is hoofdredacteur van de Journal of Computer Assisted Learning en commissioning editor van Computers in Human Behavior. Hij heeft veel boeken (mede)geschreven, o.a. Ten steps to complex learning (Routledge/Erlbaum), Op de Schouders van Reuzen en Wijze Lessen: Twaalf Bouwstenen voor Effectieve Didactiek (beiden gratis verkrijgbaar op het web), twee boeken over mythes in het onderwijs Jongens zijn Slimmer dan Meisjes XL en Juffen zijn Toffer dan Meesters (beiden ook in het Engels verschenen), Evidence Informed Learning Design, and How Learning Happens: Seminal Works in Educational Psychology and What They Mean in Practice. Hij schrift ook regelmatig voor Didactief (de kolom KirschnerKiest over wat docenten kunnen met wetenschappelijke resultaten). Hij wordt gezien als expert op veel gebieden en vooral het ontwerpen van effectief, efficiënt en bevredigend onderwijs, computerondersteund samenwerkend leren (CSCL), mediagebruik in het onderwijs en het verwerven van complex cognitieve vaardigheden. English: Paul A. Kirschner, dr.h.c. (1951) is Emeritus Professor Educational Psychology at the Open University of the Netherlands, Guest Professor at the Thomas More University of Applied Science in Mechelen, Belgium, Honorary Doctor (Doctor Honoris Causa) at the University of Oulu, Finland, and owner of kirschner-ED which carries out educational consultancy, masterclasses for teachers, school heads and educational policy makers, and keynotes/presentations at conferences and other educational get-togethers. He is a Research Fellow of the American Educational Research Association, the International Society of the Learning Sciences, and the Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Science. He is a past President (2010-2011) of the International Society of the Learning Sciences and former member of the Dutch Educational Council and the Scientific Technical Council of the Foundation for University Computing Facilities (SURF WTR). He is chief editor of Journal of Computer Assisted Learning and commissioning editor of Computers in Human Behavior. He has also published more than 350 scientific articles as well as many popular articles for teacher journals. As for books, he is co-author of How Learning Happens: Seminal Works in Educational Psychology, Evidence Informed Learning Design, Urban Myths about Learning and Education and More Urban Myths about Learning and Education as well as of the highly successful book Ten Steps to Complex Learning, and editor of two other books (Visualizing Argumentation and What we know about CSCL). He is seen as an expert in many areas and in particular the design of effective, efficient and enjoyable education, computer-supported collaborative learning (CSCL), media use in education, and the acquisition of complex cognitive skills.

5 Reacties naar “Een roos met een andere naam zou NIET zo lekker ruiken”

  1. Onbekend's avatar

    Ik was leraar en docent in het VO (klassieke talen en wiskunde) en ben van daaruit overgestapt naar het PO (Leonardo-onderwijs). Het woord “onderwijzer” wordt in het VO niet gebruikt, dat is typisch voorbehouden aan PO-leerkrachten. In het PO wordt de term docent niet of nauwelijks gebruikt en leraar eigenlijk ook niet. Ik vind het dus maar een matige verbetering: je blijft onderscheid maken tussen leerkrachten in het VO en PO. De term “juf” en “meester” hoor je niet in het VO, afgezien van de eerste paar weken in klas 1, waarin leerlingen zich nogal eens vergissen. Maar ze worden snel uitgejoeld door de andere brugpiepers, die inmiddels wel “mevrouw” en “meneer” zeggen, als ze jouw aandacht willen. Is “juf” en “meester” daarom denigrerend? Veel juffen en meesters zijn juist trots op die naam. Paul, is jouw probleem (met welke beroepsnaam voor het onderwijs dan ook) niet eerder, dat er überhaupt onderscheid gemaakt wordt tussen PO en VO? Mijn voorstel zou zijn: zorg dat elke leerkracht academisch gevormd is (zoals bijv. in Finland). Dan wordt de maatschappelijke positie vanzelf opgekrikt en is een gelijk salaris ook vanzelfsprekend. Overigens zijn “master” (universitaire graad) en “meester” allemaal verwant aan het Latijnse woord “magister”. Wat kan daar onrespectvol aan zijn?

    Like

    • Onbekend's avatar

      Ingmaar,

      Bedankt. Simpel antwoord: Helemaal niet! Ingewikkeld antwoord: Mij gaat het om het feit dat men accepteert dat een beroepsgroep gekleineerd wordt. Wat mij betreft schaf je evenals de salarisverschillen tussen PO en VO ook de beroepsnamen af. En wat betreft academische vorming ben ik het helemaal met jou eens (mijn blogs laten dat zien), maar dat heeft m.i. weinig te maken met een beroepsnaam. Mijn academische graad is Doctor maar mijn functie is hoogleraar en ik was vroeger docent en hoofddocent. Een afgestudeerde die voor/in de klas staat die een MA of PhD heeft is Master of Doctor, maar haar/zijn fubctie is docent of leraar.

      Like

  2. Onbekend's avatar

    Zeer eens, mij viel het ook op en ik dacht: zo wordt het nooit wat met het lerarentekort als we het juf en meester blijven noemen. Overigens vind ik dat juffen en meesters zelf best die benaming mogen gebruiken, net zoals verpleegkundigen zichzelf van mij ‘pleeg’ mogen noemen, maar we het niet zouden accepteren als iemand hun zomaar zo zou aanspreken. Kortom “juffen en meesters” is niet altijd denigrerend, maar kon in dit geval wel zo opgevat worden. En als ik mag nog een kleine nuancering: ze zijn niet alleen hoogopgeleide hbo-ers, maar steeds vaker ook master (zelfs universitair ;-).

    Like

  3. Onbekend's avatar

    In Frankrijk heet de lerarenopleiding voor leraren in het basisonderwijs: Institut Universitaire de Formation des Maîtres (IUFM): Universitair instituut voor de opleiding van meesters (en juffen). Om daar te worden toegelaten moet je in het bezit zijn van een vwo-diploma en een universitaire bachelor. Dan ben je er nog niet want om je tweejarige opleiding af te maken (een master) moet je nog door een concours heen. Officieel heten leraren in het basisonderwijs ‘professeur d’école’, hoogleraren professeur d’université. Maar een leraar in het basisonderwijs heet in de praktijk nog steeds een maître of een maîtresse. Ondertussen scoren onze meesters en juffen (heel wat minder hoog geschoold dan de Franse maîtres en maîtresses) met het onderwijs dat ze geven heel wat hoger dan hun Franse collega’s. Het onderwijs zit vol raadsels. ..

    Like

Trackbacks/Pingbacks

  1. Een klas van denkers | Blogcollectief Onderzoek Onderwijs - 24 oktober 2017

    […] Peter Liljedahl (2016). Building thinking classrooms: Conditions for problem solving. In P. Felmer, J. Kilpatrick, & E. Pekhonen (eds.) Posing and Solving Mathematical Problems: Advances and New Perspectives. New York, NY: Springer. [ResearchGate] […]

    Like

Geef een reactie of deel je eigen ervaringen. Graag met je volledige naam en achternaam ondertekenen, geen pseudoniemen. Anonieme reacties worden verwijderd.