Het brein, en zeker het puberbrein, staat de laatste jaren nogal in de belangstelling. Kennis over de werking van onze hersenen is zeker nuttig in het onderwijs, mits het gaat om wetenschappelijk betrouwbare kennis. Veel van de verhalen die in het onderwijs binnensijpelen blijken echter op twijfelachtige of zelfs onjuiste theorieën te berusten, waarvoor wetenschappelijk bewijs ontbreekt. Daarover gaat een recent artikel van de onderzoeksgroep van de Amsterdamse hoogleraar Jelle Jolles.
Sanne Dekker, Nikki C. Lee en Jelle Jolles (2014). Over het vóórkomen en voorkómen van neuromythen in het onderwijs. Neuropraxis, 18(2): 62-66. pdf
Samenvatting
In onze samenleving bestaat momenteel veel aandacht en interesse voor de hersenen in relatie tot leren, ontwikkeling en ontplooiing. Leerkrachten en
schoolleiders zijn geïnteresseerd geraakt in de nieuwe wetenschappelijke inzichten over het functioneren van de hersenen en zoeken naar mogelijkheden om deze toe te passen in de klas. Het is mooi dat er zo’n aandacht is ontstaanvoor ‘neuropraxis’ op het gebied van educatie. Echter, het blijkt dat de overdracht van neurowetenschappelijke kennis en inzichten niet eenvoudig is:er zijn veel misvattingen in omloop over het brein, de zogenaamde ‘neuromythen’. Dit artikel gaat uitgebreid in op het fenomeen neuromythen in het onderwijs. Er wordt recent onderzoek besproken dat laat zien hoeveel en welke neuromythen er voorkomen onder docenten die geïnteresseerd zijn in het onderwerp. Daarnaast gaan we in op de mogelijke oorzaken van het ontstaan van nieuwe mythen, en geven we aanbevelingen om de verdere verspreiding van neuromythen te voorkomen.
Download het artikel op de site van Jelle Jolles.

24 september 2014 


Dit is op Leren.Hoe?Zo! herblogd.
LikeLike
Beste Dick,
Het lijkt me inderdaad zo dat begrippen als ‘meervoudige intelligentie’, ‘leerstijlen’ en aanverwanten meer en meer de basis vormen voor specifieke programma’s en interventies in het onderwijs. ( Als onderwijsinspecteur loop ik in Vlaanderen nogal wat scholen binnen). Braingym lijkt mij in Vlaanderen beperkt gebruikt te worden. Ik kom het maar zelden tegen. Wat ik onlangs in een bepaalde streek ontmoette zijn activititeiten gebaseerd op de ‘kritische ontwikkelingsbegeleiding’, Deze theorie werd ontwikkeld door Prof. Felix Hendrickx en leidt in het onderwijs tot lessen waarin jonge kinderen (tot 8 j.) specifieke bewegingslessen krijgen gebaseerd op de methode ‘Bodymap’. Ik heb geen probleem met ‘bewegend leren’ (integendeel), maar liet me nogal kritisch uit over de effecten die men ervan verwacht. De scholen nemen namelijk aan dat die activiteiten de ‘hersenen zouden ontwikkelen’. Gelet op de bedenker van de theorie, stel ik me toch eerder terughoudend op. Ik vind nochtans geen ‘evidence’ voor die theorie. Gaat het om een (nieuwe) “neuromythe”?
LikeLike