In het nieuwste nummer van Kader Primair over de thema Digitaal Geletterdheid (geschreven door Marijke Nijboer) is mij gevraagd om een kritisch licht op de ontwikkelingen te schijnen. In een notendop zou je mijn visie als volgt kunnen opvatten: ‘Digitale vorming alleen zinvol binnen schoolvakken’. Het hele artikel is hier te lezen.

Door een apart ontwikkelteam voor digitale geletterdheid op te richten, is de kans groot dat dit een apart vak wordt, zegt Paul Kirschner, hoogleraar aan de Open Universiteit. Dat is volgens hem de verkeerde weg.

Kirschner, die de leerstoel Onderwijs­psychologie bekleedt: “Je moet in staat zijn om bronnen te kunnen beoordelen. Wat een betrouwbare bron is op het ene gebied, is niet per definitie betrouwbaar op een ander gebied. Dit moet je leren binnen het domein waar je mee bezig bent.”

Hij is kritisch over de definitie van digitale geletterdheid van SLO en Kennisnet, zeker als het werken aan deze vaardigheden niet binnen alle vakken wordt geïntegreerd. “Computational thinking gaat over het ontleden van een probleem in een reeks stappen die navolgbaar zijn. Dat moet binnen ieder domein geleerd en toegepast worden. Je kunt geen fatsoenlijke zoekvraag formuleren zonder kennis van het betreffende domein.”

In plaats van kinderen Powerpoint® of Prezi® te leren gebruiken, moet je ze trainen in het leren structureren en houden van een goede spreekbeurt of presentatie, zegt hij. “En laat ze daarin veel oefenen binnen alle vakken. Prezi en Powerpoint zijn maar gereedschappen, het gaat om de inhoud.” De hoogleraar ziet ook niets in het kinderen leren programmeren. “Het is onzin dat ze daardoor logisch leren denken. Ook dat leer je alleen binnen een bepaald domein. Leren programmeren heeft alleen zin als je dat zestien jaar achter elkaar bijhoudt; met eventjes leren programmeren kom je niet ver. Bovendien: de talen waarin we nu programmeren, bestaan straks waarschijnlijk niet meer. En gezien de ontwikkelingen van machine learning zou het mij niet verbazen als machines straks zichzelf programmeren.”

Het opleiden van goede leraren, met een brede algemene ontwikkeling en goede digitale vaardigheden, is volgens Kirschner de beste manier om kinderen goed voorbereid de maatschappij in te sturen. “Die toerusting van leraren moet liefst niet via bijscholing gebeuren, maar al op de lerarenopleiding.”

0 0 votes
Article Rating
Abonneren
Abonneren op
guest

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

9 Reacties
nieuwste
oudste meest gestemd
Inline Feedbacks
View all comments

About Paul Kirschner

Nederlands: Prof. dr. Paul A. Kirschner, dr.h.c. is Universiteishoogleraar en hoogleraar Onderwijspsychologie aan de Open Universiteit. Hij is ook Visiting Professor Onderwijs met een leerstoel in Leren en Interactie in de Lerarenopleiding aan Oulu University (Finland) waar hij ook een Eredoctoraat heeft (doctor honoris causa). Hij is een internationaal erkende expert op zijn gebied en heeft zitting gehad in de Onderwijsraad in de periode 2000-2004 en is lid van de Wetenschappelijk Technische Raad van SURF. Hij is Fellow of the American Educational Research Association (AERA; NB de eerste Europeaan aan wie deze eer werd toegekend), de International Society of the Learning Sciences (ISLS) en van de Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Science of the Royal Dutch Academy of Sciences (NIAS-KNAW). Hij was President van de International Society for the Learning Sciences (ISLS) in de periode 2010-2011. Hij is Hoofdredacteur van de Journal of Computer Assisted Learning en Commissioning Editor van Computers in Human Behavior, en hij is auteur van Ten steps to complex learning (Routledge/Erlbaum). Hij schrift ook regelmatig voor Didactief (de kolom KirschnerKiest over wat docenten kunnen met wetenschappelijke resultaten). Hij is ook medeauteur van het boek Jongens zijn slimmer dan meisjes XL (EN: Urban Myths about Learning and Education). Hij wordt gezien als expert op veel gebieden en vooral computerondersteund samenwerkend leren (CSCL), het ontwerpen van innovatieve, elektronische leeromgevingen, mediagebruik in het onderwijs en het verwerven van complex cognitieve vaardigheden. English: Paul A. Kirschner (1951) is Distinguished University Professor and professor of Educational Psychology at the Open University of the Netherlands as well as Visiting Professor of Education with a special emphasis on Learning and Interaction in Teacher Education at the University of Oulu, Finland where he was also honoured with an Honorary Doctorate (doctor honoris causa). He was previously professor of Educational Psychology and Programme Director of the Fostering Effective, Efficient and Enjoyable Learning environments (FEEEL) programme at the Welten Institute, Research Centre for Learning, Teaching and Technology at the Open University of the Netherlands. He is an internationally recognised expert in the fields of educational psychology and instructional design. He is Research Fellow of the American Educational Research Association and the Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Science. He was President of the International Society for the Learning Sciences (ISLS) in 2010-2011, member of both the ISLS CSCL Board and the Executive Committee of the Society and he is an AERA Research Fellow (the first European to receive this honour). He is currently a member of the Scientific Technical Council of the Foundation for University Computing Facilities (SURF WTR) in the Netherlands and was a member of the Dutch Educational Council and, as such, was advisor to the Minister of Education (2000-2004). He is chief editor of the Journal of Computer Assisted Learning, commissioning editor of Computers in Human Behavior, and has published two very successful books: Ten Steps to Complex Learning (now in its third revised edition and translated/published in Korea and China) and Urban Legends about Learning and Education (also in Dutch, Swedish, and Chinese). He also co-edited two other books (Visualizing Argumentation and What we know about CSCL). His areas of expertise include interaction in learning, collaboration for learning (computer supported collaborative learning), and regulation of learning.

Category

onderwijs

Tags