Tijdens de “Week van het Nederlands” is het geen overbodige luxe om de onderzoeksrapporten over de taalcompetenties Nederlands van onze schoolgaande jongeren en recente visiestukken over een effectiever onderwijs Nederlands boven te spitten. De grond ruikt plots naar herfst, de aanbevelingen hieronder naar een ontluikende lente. Ik deze blog komt Kris Van den Branden met 7 aanbevelingen.

In deze boekbespreking van Maryanne Wolf: Reader, Come Home, houdt Fifi Schwarz een warm pleidooi voor de intrinsieke waarde van lezen, los van economische waarden. Wolfs boek richt zich tot de de mensen die niet direct begaan zijn met lezen – maar dat wel zouden moeten zijn de docenten die andere vakken dan Nederlands geven. Reader, Come Home legt verschillende belangrijke verbindingen: tussen diep lezen en versterkte breinactiviteit, tussen het menselijke contact (specifiek de ouder-kindrelatie) tijdens voorlezen en de taalontwikkeling van kinderen, en tussen weten en lezen. Lezen is een actieve, creatieve daad is. Als je je brein ‘aanzet’ tijdens het lezen, ben je in staat om meer betekenissen aan teksten te onttrekken en eraan toe te kennen en om je kennis te vergroten.

In deze gastblog bespreekt Joop Berding twee boeken van Daniel Pennac, In een adem uit – Het geheim van het lezen en Schoolpijn. Pennac heeft een heel interessante pedagogische visie op taal- en literatuuronderwijs, die sterk aan de opvattingen van Theo Thijssen doen denken. Hij vindt dat kinderen vooral plezier in lezen moet worden bijgebracht en niet meteen met allerlei saaie opdrachten worden lastig gevallen.