Twee nieuwe projecten die ‘Flip the System’ in praktijk willen brengen. De afgelopen anderhalf jaar is door een twaalftal po- en vo-scholen gewerkt aan een alternatieve vorm van kwaliteitsbeoordeling van het onderwijs in Nederland. Dat project is ‘Scholen Zelfevaluatie’, bijnaam ‘Flip de School’, waarin we samenwerken met de Onderwijsinspectie. Het tweede project is ontstaan uit onvrede over de centrale examens en de verhouding tussen het schoolexamen en het centraal examen en onderzoekt mogelijkheden voor een nieuwe opzet daarvan.

alternatief boeken

In dit en volgende stukken schets ik een perspectief voor een onderwijssysteem dat is gebaseerd op vakinhoudelijke en pedagogische deskundigheid, vertrouwen en samenwerking. Het bouwt voort op de ideeën die zijn ontwikkeld in de bundels Het Alternatief 1 en 2 en Flip the System. In dit vergezicht vormen het denken over het doel van het onderwijs, de ontwikkeling van de onderwijsinhoud, de toetsing en examinering, de evaluatie van de kwaliteit en de opleiding en nascholing van leraren één samenhangend geheel.

Deel 2 en 3 van deze serie gaan over het project Scholen Zelfevaluatie dat inmiddels goed op weg is en het project Nieuwe Opzet SE-CE (voorlopige titel) dat nog in een verkennend stadium verkeert. Dit eerste stuk is een inleiding over de uitgangspunten voor deze projecten.

ladder naar autonomie

 

flipthesystem

Voor wie het kernthema van Het Alternatief niet meer weet: het gaat om collectieve autonomie. Dat is een ‘geflipt’ systeem (de rechterkant van de figuur) waarbij leraren niet langer verantwoording afleggen aan de lagen boven hen, maar waar die lagen dienen om de beroepsgroep te ondersteunen. Dat vraagt om een netwerkende, activistische, zelfregulerende, progressieve en politiek betrokken beroepsgroep van leraren die (meer dan nu) de mogelijkheden benut om het onderwijs in Nederland mee te bepalen.

Het Alternatief II eindigt met drie aanbevelingen, die samen de ‘ladder naar autonomie’ vormen:

  • Weg met de strikte scheiding tussen het hoe en het wat
    Tot nu toe wordt wat er wordt onderwezen voorgeschreven door de overheid en getrapt naar beneden doorgegeven door de schoolleiders. Daarbij volgen leraren vaak braaf de methodemakers op de voet. Het hoe is de verantwoordelijkheid van de scholen.
    Het Alternatief adviseert leraren ook verantwoordelijkheid te nemen voor de doelen van hun onderwijs en de inhoud, het curriculum, in belangrijke mate mede vorm te geven.
  • Schoolleiders, stop met organiseren (en doe iets nuttigs met je tijd)
    Ook zelfsturende teams hebben schoolleiders nodig die onderwijskundig leiderschap tonen. In de ‘geflipte’ variant van dat leiderschap is de schoolleider dienend aan het team en wordt daarbij gesteund door de overheid. De schoolleider heeft tot taak “het gesprek aan te jagen over de visie van de school”. Pas dan komt de verantwoordelijkheid voor het onderwijspedagogische proces werkelijk te liggen waar hij hoort, bij degenen die het uitvoeren: de leraren.
    “Met zo’n visie als uitgangspunt zouden schoolleiders zich veel meer hands-on met het onderwijs moeten bemoeien: betrokken zijn bij het gezamenlijk voorbereiden van lessen, lessen bezoeken en feedback geven op wat er in de lessen gebeurd is.”
  • Een nieuw paradigma voor leraarschap: de netwerkleraar
    De “solistische leraar, die de deur achter zich dicht trekt en zijn lessen geeft, […} heeft zijn langste tijd gehad”.
    Leraren doen er goed aan zich te organiseren in netwerken, waarin zij op allerlei manieren onderling en met anderen samenwerken. Dat kan in fysieke ontmoetingen, bijv. tijdens congressen, bij Meetups (010, 020, 030, 070 enz.)The Crowd, lerarenlabs, edCamps, Operation Education, United4Education, Leraren met Lef enz. enz. Het kan ook online, bijv. op Twitter, Facebook of door te bloggen.

Over het bouwen aan een professionele beroepsgroep schreef Jelmer Evers Het lerarenregister (1): een cruciale bouwsteenHet Lerarenregister (2): een goede leraar en Het lerarenregister (3): de toekomst van het leraarschap.

vergezicht

flipthesystem2

Een eerste logische consequentie van ‘Flip the System’ is dat leraren nadenken over het doel en de inhoud van het onderwijs en daarvoor ook de verantwoordelijkheid nemen. Voor wat betreft het doel – het ‘waartoe’ – van goed onderwijs verwijs ik naar Het Prachtige Risico van Onderwijs (Gert Biesta 2015) en dit stuk.

Nadenken over de afstemming van het doel en de inhoud van het onderwijs is helaas nogal ondergesneeuwd onder de soms verhitte debatten over de Curriculumherziening po en vo (voorheen Onderwijs2032/’Schnabel’). Dat mag ons er niet van weerhouden op onze scholen en in onze netwerken nieuwe curricula te ontwerpen die recht doen aan de doelen die wij met ons onderwijs willen bereiken. Dit stuk van Jelmer Evers zet de kansen op een rij die deelname van leraren aan de vernieuwing van het curriculum biedt. Wanneer we sterke regionale en landelijke netwerken van leraren hebben opgebouwd hoeven leraren de discussie over een landelijk (kern-)curriculum niet uit handen te geven.

Een tweede consequentie is dat leraren een grotere verantwoordelijkheid krijgen bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs. Ik schreef daarover Een Alternatief voor de Onderwijsinspectie. Een jaar geleden kreeg ik een bijdrage uit het Leraren Ontwikkelfonds (LOF) om een vorm van evaluatie van scholen te ontwikkelen waarbij leraren een grotere rol spelen dan bij het huidige beoordelingskader van de Onderwijsinspectie. Dat is het project ‘Scholen Zelfevaluatie’ geworden, bijgenaamd ‘Flip de School’. Daarover meer in deel 2 van deze serie.

Een derde consequentie van Flip the System is dat leerkrachten en leraren meer invloed krijgen op de eindtoetsing en examinering van de leerlingen die jarenlang aan hen zijn toevertrouwd. Vorig jaar hebben Jelmer Evers en ik twee kritische stukken geschreven over de eindexamens (hier en hier), die veel reacties hebben opgeleverd en aanleiding waren voor moties in de Tweede Kamer. Inmiddels denken we met een groep schoolleiders en docenten samen met het Ministerie na over een nieuwe opzet van de eindexamens. Daarover bericht het derde stuk van deze serie.

Een vierde consequentie van het principe Flip the System tenslotte is een herziening van de opleiding van leerkrachten en leraren. Ik schrijf daar in deze serie niet over, maar verwijs graag naar De Nederlandse School, een van de initiatieven om het beroep van leraar relevanter te maken voor het onderwijs van de toekomst.

Zoals het schema hierboven laat zien, kan dit vergezicht alleen werken als alle onderdelen met elkaar verbonden zijn. Inhoud, evaluatie, toetsing en examinering en lerarenopleiding vormen een samenhangend geheel, waarbij een sterke, goed georganiseerde en autonome beroepsgroep van leraren een leidende rol speelt, in samenwerking met andere verantwoordelijke partijen in het onderwijs.

bronnen

Gert Biesta (2015). Het prachtige risico van onderwijs. Culemborg: Uitgeverij Phronese.

Biesta, G. J. J., and M. Priestley (2013). A curriculum for the twenty-first century. In: Reinventing the curriculum. New trends in curriculum policy and practice, edited by M. Priestley, and G. J. J. Biesta. London: Bloomsbury.

Jelmer Evers en René Kneyber (2016). Flip the System. Changing education from the ground up. New York: Routledge.

René Kneyber en Jelmer Evers (2013). Het Alternatief: Weg met de afrekencultuur in het onderwijs! Amsterdam: Uitgeverij Boom.

René Kneyber, Jelmer Evers (2015). Het Alternatief 2 De ladder naar autonomie. Culemborg: Uitgeverij Phronese.

Dick van der Wateren (2013). Zin en onzin van testen, vergelijken en afrekenen. In: René Kneyber en Jelmer Evers, red. Het Alternatief – Weg met de afrekencultuur in het onderwijs! Amsterdam: Uitg. Boom.

Dick van der Wateren (2015). Een alternatief voor de Onderwijsinspectie. https://onderzoekonderwijs.net/2015/07/09/een-alternatief-voor-de-onderwijsinspectie/

Dick van der Wateren & Audrey Amrein-Beardsley (2016). Sense and Nonsense of Testing and Accountability. In: René Kneyber & Jelmer Evers (red.) Flip the System. Changing education from the ground up. New York: Routledge.

0 0 votes
Article Rating

Als blogger en onderwijsauteur denk ik na over onderwijs en pedagogiek. In 2016 verscheen bij Uitgeverij Ten Brink mijn boek 'Verwondering' waarin ik een lans breek voor onderwijs op basis van vragen die leerlingen zelf bedenken. In 2020 verscheen mijn boek De Denkende Klas bij LannooCampus met praktische aanwijzingen om met leerlingen dieper te denken. Als vo-docent heb ik talentvolle en begaafde leerlingen begeleid die meer uitdaging nodig hebben, en leerlingen gecoacht met diverse problemen - onderpresteren, perfectionisme, levensvragen. Na een lang leven in het onderwijs en de wetenschap ben ik in 2017 een filosofische praktijk begonnen, De Verwondering, in Amsterdam. Daar heb ik gesprekken met volwassenen zowel als jongeren over levensvragen, zingeving, werk, studie, relaties.

Abonneren
Abonneren op
guest

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

2 Reacties
nieuwste
oudste meest gestemd
Inline Feedbacks
View all comments

About Dick van der Wateren

Als blogger en onderwijsauteur denk ik na over onderwijs en pedagogiek. In 2016 verscheen bij Uitgeverij Ten Brink mijn boek 'Verwondering' waarin ik een lans breek voor onderwijs op basis van vragen die leerlingen zelf bedenken. In 2020 verscheen mijn boek De Denkende Klas bij LannooCampus met praktische aanwijzingen om met leerlingen dieper te denken. Als vo-docent heb ik talentvolle en begaafde leerlingen begeleid die meer uitdaging nodig hebben, en leerlingen gecoacht met diverse problemen - onderpresteren, perfectionisme, levensvragen. Na een lang leven in het onderwijs en de wetenschap ben ik in 2017 een filosofische praktijk begonnen, De Verwondering, in Amsterdam. Daar heb ik gesprekken met volwassenen zowel als jongeren over levensvragen, zingeving, werk, studie, relaties.

Category

onderwijs, praktijk, vernieuwing

Tags

, ,