Door Esther de Groot

Sinds 2005, na verschijning van de OCW notitie ‘Beleid dat werkt in de praktijk’, laten politici geen kans onbenut om de leer van evidence based onderwijsbeleid te verkondigen. Vaak wordt daarbij verwezen naar het medische domein, en de (veronderstelde) successen die daar gerealiseerd zijn door resultaten van wetenschappelijk onderzoek toe te passen. Intermediairs, zoals schrijvers van deze groepsblog, kunnen helpen bij het vertalen van onderwijskundig onderzoek, zowel richting practici als richting beleidsmakers. En verder? Hoe zit het met de invloed van wetenschappelijk onderwijskundig onderzoek op onderwijs beleid? En waarom is dat inherent lastig?

In diverse rapporten is bepleit om beleid meer te baseren op onderwijskundig onderzoek. Ongetwijfeld is het rapport van de commissie Dijsselbloem uit 2008 de meest bekende. Toch blijkt steeds weer dat de praktijk taai is; evidence based onderwijsbeleid komt niet zo maar van de grond. In een recent artikel in het tijdschrift Critical Studies in Education geeft Bob Lingard een mooi overzicht van processen bij die verbinding tussen wetenschap en beleid. In de geest van deze blog vat ik de kernpunten samen. Het hele artikel is namelijk geen hap-slik-weg leesvoer terwijl de inhoud toch breder aandacht van beleidsmakers verdient.

Zelfs indien onderzoek duidelijk de ambitie heeft om de professionele onderwijspraktijk te verbeteren, blijkt onderzoek maar één van de factoren die een rol spelen bij het formuleren van beleid. Onderwijskundig bewijs wordt zeker niet rechtstreeks in beleid vertaald waarmee de professionele praktijk verandert. In de medische praktijk is Evidence Based Practice (EBP) een driemanschap van professionele expertise, de wensen van de patiënt en wetenschappelijk onderzoek. Daarmee vergelijkbaar komt onderwijsbeleid tot stand via een mix van waarden (ideologie), kennis uit de praktijk en bewijs uit wetenschappelijk onderzoek. En ideologie omvat zowel partij politieke – als persoonlijke opvattingen en voorkeuren.

Onderwijsbeleid op resultaten van wetenschappelijk onderzoek baseren is gewoon lastig. In het artikel wordt dat duidelijk gemaakt door te verwijzen naar de socioloog Bourdieu. Deze Fransman heeft een aantal begrippen geïntroduceerd die vaak in onleesbaar proza worden opgeschreven. Jammer want ze kunnen heel behulpzaam zijn wanneer je wilt begrijpen waarom weldenkende mensen soms toch stroef met elkaar samenwerken. Een mooie toepassing van zijn werk is te vinden in het proefschrift van Yolande Witman; over de verschillen in taalgebruik, beloningsstructuren en waarden tussen het veld van medische experts en dat van managers in ziekenhuizen. Bob Lingard beschrijft eenzelfde soort verschil in logica tussen de praktijk van onderzoekers en dat van beleidsmakers en politici.

Het is dus geen simpele tweedeling tussen weinig pragmatische onderzoekers en kort-door-de-bocht beleidsmakers. Wetenschappelijk onderzoek is vaak gericht op theorie ontwikkeling, terwijl beleidsmakers vragen om concrete variabelen die kunnen worden beïnvloed. Daarnaast schrijven onderzoekers voor de wetenschappelijke peers, om te laten zien dat ‘een hogere waarheid’ is ontrafeld (of gewoon om te publiceren) terwijl beleidsmakers gericht zijn op toepassing. Voeg daar een grondige – en genuanceerde schrijfstijl aan toe, en daarmee een andere tijdshorizon, en de verschillen zijn compleet. Wetenschappers hebben niet alleen met andere beloningsstructuren te maken, maar ze weten ook hoe belangrijk de context is voor het begrip van onderwijskundige resultaten terwijl beleidsmakers zoeken naar algemene maatregelen die breed kunnen worden uitgerold.

Dat verschil in logica tussen beide groepen leidt tot verschillende manieren waarop sociale wetenschap invloed heeft op beleid. Kennis uit wetenschappelijk onderzoek kan een directe invloed hebben op beleid, vaak gaat het dan om beleidsonderzoek dat specifiek voor deze vraag is uitgezet. Daarnaast kan wetenschappelijk onderzoek een indirect effect hebben, doordat wetenschappers deelnemen aan commissies of als adviseur worden gevraagd. Maar wetenschappelijk onderzoek kan ook politiek gebruikt worden. Wanneer wetenschappelijke bevindingen goed passen bij het beleid dat eigenlijk al bedacht was en daar extra geloofwaardigheid aan verlenen. Of tactisch, wanneer maatregelen uitgesteld kunnen worden door te verwijzen naar gebrek aan bewijs of nog niet voltooid onderzoek.

De wetenschapper Bob Lingard zou het liefste zien dat onderwijskundig onderzoek effect heeft via verheldering van het probleem waarover beleid wordt geformuleerd (‘enlightenment’) en via ‘percolation’, waarbij ideeën uit wetenschappelijk onderzoek op meer subtiele wijze aannames en dominante ideeën van de tijdgeest beïnvloeden. Hij vermoedt wel dat wetenschappelijk onderzoek vaker als politieke munitie wordt ingezet: alleen onderzoek dat precies past bij wat de politiek toch al had bedacht komt in de beleidsplannen.

Tot slot van dit artikel beveelt de auteur bemiddelaars van kennis (deze groepsblog!) aan en netwerken tussen onderzoekers en beleidsmakers. Ik kan me daar goed in vinden. Ook ben ik het eens met zijn kanttekening dat we ons niet blind moeten staren op de vergelijking tussen Evidence Based Education en Evidence Based Medicine, al is het alleen maar omdat de hoeveelheid geld die in beide domeinen van onderzoek omgaat niet vergelijkbaar zijn.

Bronnen

Lingard, B. (2013). The impact of research on education policy in an era of evidence-based policy.
Critical Studies in Education, 54 (2), 113-131.

Witman, Y. (2007). De medicus maatgevend. Over leiderschap en habitus. Assen: Uitgeverij Koninklijke Van Gorcum BV, 260 pp. (Thesis, Erasmus Universiteit, Rotterdam.)

0 0 votes
Article Rating
Abonneren
Abonneren op
guest

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

4 Reacties
nieuwste
oudste meest gestemd
Inline Feedbacks
View all comments

About Esther de Groot

Esther de Groot (@EsGroot) is onderwijskundig onderzoeker en adviseur. In haar promotieonderzoek, afgerond in mei 2012, heeft ze de verbinding gelegd tussen ‘leven lang leren’ en Evidence Based Practice van dierenartsen. Esther heeft expertise op het gebied van elearning, leergemeenschappen van professionals, informeel leren en Evidence Based Practice. Op dit moment werkt zij bij het UMC-Utrecht, bij Huisartsgeneeskunde.

Latest Posts By Esther de Groot

Category

evidence-based

Tags